Klompen maken2

De bol met daarin de klomp getekend

Foto: uit werkstuk van Suzanne Hartemink

 

Klompen maken2

Van blok naar de ruwe vorm

 

Klompen maken2

 

Klompen maken2

Foto: uit werkstuk van Suzanne Hartemink

 


 

 

De oudheidskamer en het boerenmuseum kent in zijn korte bestaan al een zeer bewogen leven.

In de bovenste navigatie balk kunt kiezen in welk jaar kiezen waar het museum toen was.

Bij de verhuizing de verhuizing van de boerderij Tenk naar boerderij Bruggink en later van boerderij Bruggink naar het museum Smedekinck aan de Pluidersdijk 5 is een traditionele intrekkers dag gehouden.

Van beide hebben wij hier een kleine foto impressie voor u gemaakt.

 

 

Klompen maken3

Foto: uit werkstuk van Suzanne Hartemink

 

Klompen maken3

Foto: uit werkstuk van Suzanne Hartemink

 


 

De traditionele  intrekkersdag bij museum Smedekink, Pluimersdijk 5 op 28 oktober 2006

Er werd een in- en overtrekdag georganiseerd waarbij de suppoosten en gastvrouwen van Boerderij Museum Erve Tenk een groot deel van de museum collectie verhuisden. De traditie wil dat op 22 februari, Sint Pieter de dag waarop de nieuwe pachtcontracten ingingen, de boeren van wie het pachtcontract niet verlengd was, moesten verhuizen. Het voormalige museum Erve Tenk hield 11½ jaar geleden een verhuisdag op 13 januari 1995.
De platte boerenwagens werden een dag van te voren al volgepakt met vrijwel de gehele museum collectie. De etalage poppen in Zelhemse kledendracht werden met hun kostbare kleding apart vervoerd. Vroeg in de morgen vertrok zo een bonte stoet met boerenwagens, met Achterhoeks antiek, gereedschap e.d. vanaf de Heidenhoekweg. Een auto ambulance vervoerde de grote antieke kleedwagen met witte kap.
In de 5 rijtuigen, koetsen van de rijvereniging “Onder de Zweppe”, zaten o.a. Mevr. van Roekel, de vrouw van de mede oprichter van de Oudheid kundige Vereniging Salehem en de secretaris van het dagelijks bestuur, dhr. T. Klein Lebbink. Dhr en Mevr. Masselink, jarenlang de drijvende kracht achter de vereniging en initiator van museum Smedekinck.
De suppoosten werden vertegenwoordigd door dhr. D.J. Bovenmarsch sr. en Mevr. G. Klein Wassink.

De oude buurt van de Heidenhoek had woensdag 25 oktober in het museum Erve Tenk afscheid genomen van de suppoosten, gastvrouwen en het bestuur. Op de avond van 27 oktober zijn onder het genot van een drankje, roosjes gemaakt om een paar wagens te versieren en op zaterdag 28 oktober de stoet uitgeleide te doen. De spölleman, met zijn trekzak, Jan Saalmink, op een van de wagens, zorgde voor een vrolijke stemming. Onderweg werd de bonte stoet, naar oud gebruik, diverse keren tot stoppen gedwongen. Een wegversperring in de vorm van een gespannen touw moest worden opgeheven.
De gastvrouw en suppoost stapten breed grijnzend de koets uit, met een mand borrelglazen en een fles drank. Aangekomen bij museum Smedekinck werden de volgepakte wagens in de grootte loods geschoven nadat eerst de kleedwagen als eerste naar binnen gereden werd. De koetsiers van de rijtuigen krijgen nog een borrel en het gezelschap trok het museum in om de officiële sleutel overdracht mee te maken.
Na diverse toespraken en welkoms woorden aan het adres van de wethouder Glasbergen van gemeente Bronckhorst en het college en oud burgemeesters van de voormalige gemeente Zelhem, werd de officiële sleuteloverdracht om 12.00 uur d.m.v. het laten zakken van een emmertje met daarin de sleutel, door dhr J. Groen namens de Stichting Zelhems Erfgoed en Mevr. G. Wassink namens de Stichting Museum Smedekinck onder het toeziend oog van de oude burgemeesters verricht.
Na deze handeling verrichtte wethouder Glasbergen de openingshandeling door het slot van de officiële deur te openen. De toast die hierop volgde luidde een gezellige middag in met rondleidingen door de nog niet ingerichte museum ruimtes. Er waren diverse demonstraties van ambachten en werkgroepen o.a. midwinterhoorns maken, de fotogroep Oud Zelhem die alles over hun site lieten zien en de archeologie werkgroep met bodemvondsten uit Zelhem e.o.

 

Museumboerderij8

Het vertrek bij boerderij Bruggink

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Ondertussen zijn de gastvrouwen bij museum Smedekinck druk bezig voor de inwendige mens

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Ondertussen zijn de gastvrouwen bij museum Smedekinck druk bezig voor de inwendige mens

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

De hele stoet door het dorp

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

De hele stoet door het dorp

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Aankomst bij het nieuwe onderkomen

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Alles maar even snel opslaan in de schuur

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Voorzitster Gerda Wassink-Scheers van de vereniging Salehem aan het woord

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Derkjan Bovenmarsch namens St. Erfgoed

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

De voormalige burgemeesters Heere, Ridder van Rappard en van der Wende

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

De officiële sleutel

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Wethouder Glasbergen doet de openingshandeling

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

De promotiestand van de vereniging

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Demonstratie midwinterhoorn maken

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

De werkruimte van de archeologie werkgroep

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Demonstratie stoelenmatten

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Demonstatie beeldhouwen

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Vers gebakken wafels ontbraken er ook niet

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Traditioneel kon er gewogen worden

Foto van Geoman Fotografie

 

Museumboerderij8

Foto van Geoman Fotografie

 

  www.oudzelhem.eu
Artikel door:  H. Jonas
Foto bewerking:  G. Knake
Website opmaak:  H.M. Somsen

Aan de rand van het dorp aan de Grintweg (Hummeloseweg) in het plantsoen, een vijvertje voor opvang van het regenwater uit de Smidsstraat. De kolk werd gebruikt voor de handspuit en later de motorspuit van de brandweer. Hoek Smidsstraat en Bergstraat. 

kommenkolk 

Zicht vanaf de Smidsstraat richting de Hummeloseweg (Grintweg), rechts de Kommekolk. Foto uit collectie Wilco Wechgelaer.
35c Bergstr.4 zomer 1955 kl
Zomer 1955 de Kommekolk en de Bergstraat

kommenkolk1
1960 De Kommekolk met daarachter de schuurberg (hooiberg) van Lenselink.
Foto uit collectie Wilco Wechgelaer.

02 kommekolk 1960 HS kl
1960 De Kommekolk met treurwilg. Foto uit collectie Harry Somsen.
Kommekolk gez op Smidstraat kl
Ca. 1966 het plantsoen met Kommekolk en gezicht op de Smidsstraat.
bergstraat straat 2
Ca. 1969 Het plantsoen met de gekapte treurwilg met rechts de schuurberg van Lenselink waar de Bergstraat zijn naam aan dankt.

0114 Bergstr. plantsoen voormalige komme kolk
ca. 1970 Het plantsoen is onderhouds vriendelijker gemaakt.
0103 6 Bergstr. eind jaren 60 begin jaren 70
ca. 1970 Het plantsoen is onderhouds vriendelijker gemaakt, maar of het mooier is ?
Knikkerende jongen 3 Beeld Zelhem
Het plantsoen tussen de Hummeloseweg en de Bergstraat, met kunstwerken als aankleding.

 

 
 

 

Bron:  
Artikel door:  H. Jonas

 

Muziekgroepen

Clear Sound, 1972 Met o.a. Jan Wassink (Schotman Aaltenseweg)

Foto uit collectie Willem Hartemink

 

Muziekgroepen

Shed Libation, 1973

Foto uit collectie Willem Hartemink

 

Muziekgroepen

The Flamingo's, 1974

Foto uit collectie Willem Hartemink
Henk en Jan Wielheesen, Henk Braakhekke,  Gert Burghardt,  Ronnie Diepenveen? , toetsen, Bennie Luimes trompet (fietsenmaker) repeteerden in een kippenhok achter de boerderij van Wielheesen  aan de Pluimersdijk 11

 

Muziekgroepen

The Wanderers

foto uit de collectie van Theo Berendsen
Ab Gerritsen, (Appie Happie) Dick Luimes , (Aaltenseweg ),Theo Berendsen,(Bielemansdijk)Henk Susebeek,(Meene)

 

Ginhouse

Met o.a.
Harold Lenselink, Hans te Kloeze , Theo Giesen repeteerden in Dennelust op zaterdagmiddag


Kiek uut

Filmpjes die op YouTube staan
Kiek Uut

 

Fotograaf:
 Klein-Hesselink
Uitgever:  Prinses Juliana

 

Kwartet Zelhem

Gemeente Kwartet

Uitgegeven door de Christelijke harmonievereniging Prinses Juliana uit Zelhem

 

Kwartet Zelhem

 


2 muziekkoepel plantsoenstraa 
De muziekkoepel in aanbouw. Foto uit collectie van Eef Oosterink 
1 Muziektent ca 1932
Het marktbestuur bij de nieuwe muziekkoepel door hun mede mogelijk gemaakt.

Ik herken v.L.n. R:  D.W. klein Wentink (pr. Juliana) ik denk dat hij de lessenaars klaargezet heeft. G.B. Ruesink (Marktcomissie) ,nn, B. Jacob ( Union),  D.J. v.d. Toren ,nn, nn, A. Middeldorp,
G. Demkes?(Markt commissie) Foto collectie Harry Somsen.

Muziekkoepel
Deze ansichtkaart is verstuurd in 1938. Ansicht uit collectie van Willem Hartemink
4 Muziektent
Muziekkoepel in het plantsoen aan de Ruurloseweg. Foto: coll.F. Wolsink
5 228 Ruurloscheweg 1939
De Ruurloseweg ca 1940. Foto collectie Willem Hartemink
6 Arnold Praastink ca. 1945
ca. 1945 Arnold Praastink voor de muziekkoepel. Foto fam. Kwerreveld
muziekkoepel1
De verplaatsing van de Muziekkoepel naar de Kastanjelaan/Kerkwegca. 1955.  De heer A. Middeldorp, timmerman had de leiding bij de verplaatsing.Foto uit collectie van Eef Oosterink 
muziekkoepel2
De koepel draaid de Kerkweg op. Foto uit collectie van Eef Oosterink
muziekkoepel3
Verplaatsing onder toeziend oog van eenpolitieagent .Foto uit collectie van Eef Oosterink 
muziekkoepel4 

Foto uit collectie van Eef Oosterink

7 Muziektent 1960 1

De muziekkoepel in 1960 tussen het groen. Ansicht uit collectie van Willem Hartemink

8 146 Muziektent 1963
De muziekkoepel in 1963 in de Kerkweg. Ansicht uit collectie van Willem Hartemink
09 1986
De muziekkoepel in 1986 Het plantsoen is dan al weg. Ansicht uit collectie van Willem Hartemink
Muziek koeplel foto Fred Wolsink  
De muziekkoepel  Foto: coll. F. Wolsink
 
 
 

 

 

Bron:  
Artikel door:  H. Jonas

Filmpjes die op YouTube staan:
Uitkijkpunt Langenberg

De Langenberg begon in de jaren zestig als vuilstort voor Zelhem. Omdat er in de Achterhoek grote behoefte was aan stortcapaciteit klopten gemeenten bij Zelhem aan. Hierdoor groeide de afvalberg in de jaren tachtig tot een hoogte van 8 meter. Inmiddels was 14 hectare nodig om het afval van de hele Achterhoek kwijt te kunnen. 

Met de groei van de afvalberg nam de kritiek toe. Desondanks bleef het niet bij de 14 hectare. Begin jaren negentig moest Regio Achterhoek op zoek naar een nieuwe vuilstort. 

Tot die gevonden werd besloten om de belt uit te breiden met een tweede stort. 

Meer dan tien jaar geleden stortte een vuilniswagen z’n laatste vracht. 

Nu is de Langenberg de hoogste top in de wijde omgeving. In de verte zijn de pieken van Montferland te zien, maar verder is de omgeving plat. De bult is op het hoogste punt 43 meter hoog, zegt Emaus. Het is nu nog een kale top. We zijn ons nog aan het oriënteren over de begroeiing van de Langenberg. Dat kunnen geen planten zijn met al te diepe wortels, want die kunnen schadelijk zijn voor de folie onder de afdeklaag van anderhalve meter.

Over de bult lopen wandelpaden. Turqoise bordjes met de afbeelding van een nordicwalking-wandelaar geven de eerste officiële nordicwalkingroute van Nederland aan. Ik heb het zelf geprobeerd. Het valt nog niet mee om hier over de bult te komen. Dat vereist een speciale techniek, zegt Joke Emaus. 

Voor kinderen is een route uitgezet vernoemd naar het Zelhemse heksje Smoks Hanne. Waar vroeger vuilniswagens hun vracht neergooiden staan nu de ezels van Ezelstal De Edelingen.

Als het aan de Regio Achterhoek ligt zullen de wandelaars van het Pieterpad straks over de Langenberg wandelen. Daar komt nog wel het één en ander bij kijken. Zo moeten kaarten aangepast worden en de bewegwijzering.

De ZAMC kan z’n geluk niet op. Het noordelijk deel van de Langenberg is het oefen- en wedstrijdterrein van de trialmotoren. Op de bult liggen her en der verspreid verschillende trialobstakels als heilige Germaanse stenengroepen. Daarmee is het een van de weinige motorclubs in Nederland met zulke grote trainingsmogelijkheden.

 

Langenberg

Foto: uit collectie Klein Hesselink

 

Afdekken van De Langenberg
In een periode van 3 jaar is hier 24 hectare stortplaats voorzien van een afdekking, o.a. bestaande uit trisoplast en folie. Alvorens deze afdekking werd aangebracht, is er een stortgasonttrekkingssysteem gerealiseerd. Totale hoeveelheid grondverzet: ca. 650.000 m3.

Langenberg

 

Langenberg

Foto: uit collectie Klein Hesselink

 

Langenberg

De jeu de Klompbaan, met een schitterend uitzicht over de omgeving

Foto van internetsite Zelhem.org

 


 

   
   
 

 

Naam: 

Herman Becking, keizerlijk notaris en burgemeester

Roepnaam/bijnaam: 

Herman

Geboorteplaats: 

Zelhem

Datum: 

11-10-1775

Overleden te: 

Zelhem

Datum: 

13-01-1849

Vader: 

Gerardus Becking

Moeder: 

Janna Willemina Teeger

 

Gehuwd met: 

Maria Ludovica Baas

Geboortedatum: 

Waerden, 26-12-1776

Overleden: 

Neede, 14-06-1839

Trouwdatum: 

1800

Plaats: 

 

 

Zoon(s): 

Johan Wilhelm Cornelis
Jacobus Amos
Jan Anne
Floris Jacobus Alewijn
Gerhardus Johannes

Geboren: 

28-03-1803
09-02-1805
05-08-1807
09-12-1811
26-11-1819

Overleden: 

19-03-1875

30-07-1833
19-10-1876
11-01-1822

Dochter(s): 

Gerharda Leonora
Carolina
Sara Alida Hendrika
Hermanna Maria
Johanna Harmina

Geboren:                       Overleden:
                20-05-1801                   11-11-1862
                18-01-1809                   19-03-1864 
                06-06-1810                   28-12-1884
                14-05-1816                   30-07-1864                                         

 

Kantoor aan: 

Markt 9
Markt 27

Datum: 

 

 

handtekening Becking

 

Als Schout wordt Herman Becking in de Franse tijd tot Maire en openbaar (Keizerlijk) notaris benoemd. Volgens een akte van 29-07-1812 is Herman Becking, Maire van de gemeente Zelhem, Canton Doetinchem, Arrondissement Zutphen, dit viel onder het departement Boven IJssel, in de functie van officier van den Burgerlijke Stand.

De titel Maire wordt na de Franse Tijd omgezet in burgemeester, die tevens huwelijks ambtenaar, openbaar notaris en deurwaarder was. Openbare verkopen, boedelverkopen, etc. dit viel allemaal onder de taak van de notaris. Voor de burgemeesters taken werd hij ondersteund door 2 adjoints (wethouders).

Herman Becking woont op Markt A32 waar zijn woonhuis, gemeentekantoor en notariaat gevestigd was. Het was een dubbelpand met twee puntgevels op de hoek Markt Smidsstraat. Aktes en openbare verkopen werden in het naast gelegen logement; Het Wapen van Gelderland afgehandeld.

Als Herman Becking in 1849 overlijdt, volgt zijn zoon Floris Jacobus Alewijn Becking hem op als burgemeester. Floris Jacobus Alewijn laat zich nu Baas Becking noemen en verhuist tijdelijk naar slot Mooyland in Kleef (Dld).

 


 

Bron: 

Akte Hebbink

Artikel door: 

H. Jonas

 

Naam: 

Erasmus Jan van Ebbenhorst Tengbergen

Roepnaam/bijnaam: 

 

Geboorteplaats: 

Nijmegen

Datum: 

23-03-1818

Overleden te: 

Doetinchem

Datum: 

22-03-1899

Vader: 

Hendrik Johan Tengbergen

Moeder: 

Hendrina Johanna Voskuijl

 

Gehuwd met: 

Wilhelmina Jacoba Paulina Rudolphina Cantzlaar

Geboortedatum: 

Curacao, 04-01-1822

Overleden: 

 

Trouwdatum: 

14-08-1851

Plaats: Rheden

 

Zoon(s): 

Hendrik Johan
 

Geboren: 

14-03-1853
 

Overleden: 

03-01-1923
 
  Paulus Roelof Wilhelm Jacob   22-03-1856   07-02-1857
  Willem Jacob Paulus Roeloff   21-08-1857   05-10-1858
  Erasmus Jan   06-07-1859   09-10-1918
  Johan Theodoor Herman Cornelis   22-03-1861   04-04-1915
  Willem Jacob Paulus Roeloff   30-04-1865    

 

Kantoor aan: 

Markt 9

Datum: 

 

 

Notarissen

Krantenartikel uit Arnhemsche courant 19-04-1849

 

NotarissenNotarissen

 

De functies burgemeester en notaris worden verdeeld, voor openbaar notaris en deurwaarder wordt Erasmus Jan van Ebbenhorst Tenbergen in 1849 beëdigd. Als kantoor betrekt notaris van Ebbenhorst Tenbergen een gedeelte van het dubbele burgemeestershuis aan de Markt A5-A6 waar hij met zijn in 1851 getrouwde vrouw Wilhelmina Jacoba Paulina Rudolphina Cantzlaar gaat wonen.

van Ebbenhorst Tenbergen blijft in functie van 1849 t/m 1861 en wordt in 1854 als kerkvoogd benoemd, zij verhuizen in 1865 naar huis A14 en in 1866 naar Stad Doetinchem.

 


 

Bron: 

Genlias

Artikel door: 

H. Jonas
 

Naam: 

Mr. Hendrik Adrianus Jacobus (Hanswijk) Pennink
advocaat en notaris

Roepnaam/bijnaam: 

 

Geboorteplaats: 

Voorst

Datum: 

23-01-1827

Overleden te: 

Doesburg

Datum: 

16-12-1916

Vader: 

Jan Jacob Pennink

Moeder: 

Nicolina Catharina Wilhelmina Klijnpennink
 

Gehuwd met: 

Antoinette van Hanswijk

Geboortedatum: 

25-11-1825

Overleden: 

Doesburg, 25-05-1899

Trouwdatum: 

04-06-1857

Plaats: Ede

 

Zoon(s): 


Jacob Frederik
Henri Charles
Ernst Julius Franciscus
Nicolaas Anne Cato

Geboren: 


06-09-1859
07-12-1861
24-06-1867
09-07-1870

Overleden: 



02-01-1940

06-07-1944

Dochter(s): 

Nicoline Catharine Wilhelmine

Jeanne Jacqueline Francoise

Geboren:                    Overleden:
28-11-1860                                  16-03-1870

30-03-1864                                  16-03-1941


 
 

Heeft gewoond aan: 

Markt 27

Datum: 

 
 

NotarissenNotarissen

 

Van 1861 t/m 1870 volgt Hendrik Adrianus Jacobus Pennink, getrouwd met Antoinette van Hanswijk, notaris van Ebbenhorst Tenbergen op. Zij trekken in het naastgelegen pand van oud burgemeester Becking op Markt A5.

De familienaam van Hanswijk Pennink is bij koninklijk besluit op 25-05-1905 gegeven. De naam is een combinatie van de achternamen van Hendrik Adrianus Jacobus Pennink en Antoinetta van Hanswijk. Hendrik A.J. was Mr., advocaat en proc. te Almelo, notaris te Zelhem en adv. en notaris te Doesburg.

 


  

Bron: 

 

Artikel door: 

H. Jonas
 

Naam: 

Johan Frederik de Vroom

Roepnaam/bijnaam: 

 

Geboorteplaats: 

Zutphen

Datum: 

26-09-1833

Overleden te: 

Zelhem

Datum: 

28-09-1874

Vader: 

Albertus de Vroom

Moeder: 

Christina Nijenhuis
 

Gehuwd met: 

 

Geboortedatum: 

 

Overleden: 

 

Trouwdatum: 

 

Plaats: 

 
 

Kantoor aan: 

 

Datum: 

 
 

NotarissenNotarissen

 
Notaris J.F. de Vroom is waarnemend notaris van 1870 t/m 1874 en niet in Zelhem woonachtig.

 


 

Bron: 

Genlias

Artikel door: 

H. Jonas
 

Naam: 

Antonius Gerhardus Schepers

Roepnaam/bijnaam: 

 

Geboorteplaats: 

Dinxperlo

Datum: 

06-02-1837

Overleden te: 

Zelhem

Datum: 

02-11-1918

Vader: 

Jan Derk Schepers

Moeder: 

Antonetta Johanna Westerhoff
 

Gehuwd met: 

Catharina Elisabeth Sesink Clee

Geboortedatum: 

Amsterdam, 22-01-1831

Overleden: 

Zelhem, 26-01-1905

Trouwdatum: 

04-05-1871

Plaats:  Rheden

Heeft gewoond aan: 

Markt 4-6
Smidsstraat 16
Hummeloseweg 10

Datum: 

 
 

Notarissen

 

Antonius Gerhardus Schepers en zijn vrouw Catharina Elisabeth Sesink Clee gaan wonen in het grote huis naast de kerk waar voorheen ook burgemeester D. Pool woonde A5 (Markt 4-6) als opvolger van waarnemend notaris de Vroom. Zij verhuizen al spoedig naar de voormalige dokterswoning in de Smidstraat A12 (Smidsstraat 16), als dokter Erkelens in 1875 naar Terschelling verhuist. Notaris Schepers blijft hier wonen tot 1881 als de villa Molenhuis A74 aan de Hummelosegrindweg (Hummeloseweg 10) vrij komt.

Notaris schepers blijft van 1874 tot 1913 in het ambt. Zijn vrouw C.E. Sesink Clee schenkt in 1902 een gedeelte van de grond op de Zilverberg voor het realiseren van de bouw van de Coöperatieve Zuivelfabriek Erica en zorgt zo voor veel werkgelegenheid.

 


 

Bron: 

Genlias

Artikel door: 

H. Jonas
 

Naam: 

Barend Karel Schuurman

Roepnaam/bijnaam: 

 

Geboorteplaats: 

Amsterdam

Datum: 

03-12-1876

Overleden te: 

Enschede

Datum: 

25-02-1941

Vader: 

Willem Frederik Schuurman

Moeder: 

Wilhelmina Antonia Leendertz
 

Gehuwd met: 

Abramina Catharina Benjamina Krol

Geboortedatum: 

Schoondijke, 5-02-1871

Overleden: 

 

Trouwdatum: 

05-10-1905

Plaats: 

Zoelen
 

Zoon(s): 

 

Geboren: 

 

Overleden: 

 

Dochter(s): 

 

Geboren:                       Overleden: 

 

 

 
 

Kantoor aan: 

Doetinchemseweg 15

Datum: 

 
 

Notaris Barend Karel Schuurman en zijn vrouw Abramina Catharina Benjamina Krol, komen in 1913 van Amsterdam en gaan wonen op het door hen gebouwde notarishuis A44a.
(Doetinchemseweg 15) Zij blijven 20 jaar in Zelhem om in 1933 te vertrekken naar Lonneker.

Het grote huis aan de Doetinchemseweg werd vanaf 1920 gedeeld met Anne Damstra en zijn vrouw H.J. Nabers, die als assistent der Directe belastingen aan huis werkte.

 

NotarissenNotarissen

 


 

Bron: 

Genlias

Artikel door: 

H. Jonas
 

Naam: 

Karel Hein Veenstra

Roepnaam/bijnaam: 

 

Geboorteplaats: 

Wymbritseradeel

Datum: 

04-05-1896

Overleden te: 

Zelhem

Datum: 

16-12-1954

Vader: 

Wieger Veenstra

Moeder: 

Romkje Talma
 

Gehuwd met: 

Petronella Johanna de Kreuk

Geboortedatum: 

21-05-1901

Overleden: 

 

Trouwdatum: 

 

Plaats: 

 
 

Zoon(s): 

 

Geboren: 

 

Overleden: 

 

Dochter(s): 

 

Geboren:                      Overleden:

 
 

Heeft gewoond aan: 

Doetinchemseweg 32

Datum: 

 
 

Notarissen

 
Notaris Veenstra en zijn vrouw als opvolger van notaris Schuurman, bouwden aan de Doetinchemseweg in 1935 een nieuw notariskantoor annex woonhuis.
Als notaris Veenstra overlijdt, vertrekt zijn weduwe naar de Doetinchemseweg 35 en gaat notaris Bax op Doetinchemseweg 32 wonen.

 


 

Bron: 

BZ

Artikel door: 

H. Jonas en
H.M. Somsen
 

Naam: 

Pieter Johan BaxPieter Bax notaris jpg

Roepnaam/bijnaam: 

 Pieter

Geboorteplaats: 

 

Datum: 

1904

Overleden te: 

 

Datum: 

1971

Vader: 

 

Moeder: 

 
 

Gehuwd met: 

Hermina Hendrika Weijkamp

Geboortedatum: 

 

Overleden: 

 

Trouwdatum: 

 

Plaats: 

 
 

Zoon(s): 

 John

Geboren: 

 

Overleden: 

 
 

Kantoor aan: 

Doetinchemseweg 32

Datum: 

 1955-1971
 
Pieter Johan Bax volgt in 1955 notaris Schuurman op, is eerst kandidaat notaris en woont op Achter de Hoven A 108.
Als notaris Veenstra overlijdt gaat notaris Bax op de Doetinchemseweg 32 wonen.

De grote kavel van notaris Bax wordt na zijn overlijden in 1971 opgedeeld in 2 percelen en zijn weduwe bouwt in de voormalige tuin een bungalow, nu Pr. Margrietstraat 11.

 


 

Bron: 

BZ

Artikel door: 

H.M. Somsen
 

Naam: 

Mr. C. Gutteling
C. Gutteling uitsnede

Roepnaam/bijnaam: 

 Cornelis

Geboorteplaats: 

 Utrecht

Datum: 

1-7-1926

Overleden te: 

 Zelhem

Datum: 

 26-3-2022

Vader: 

 F.A. Gutteling

Moeder: 

 C.M. Daubanton
 

Gehuwd met: 

 M.J. Borstlap

Geboortedatum: 

 Delft, 2-9-1930

Overleden: 

Zelhem, 11-1-2022 

Trouwdatum: 

 

Plaats: 

    

Kantoor aan: 

Doetinchemseweg 32

Datum: 

 1972-1991
 
Er volgen diverse waarnemende notarissen waaronder, Mr. F.W. Lieber en mr. Van Driel uit Doetinchem, tot in 1972 notaris mr. C. Gutteling de standplaats Zelhem krijgt toegewezen en het notarishuis betrekt. Notarissen worden per koninklijk besluit benoemd en krijgen een standplaats toegewezen.
Mr. C. Gutteling was notaris van 1972 tot 1992.

 

 

Bron: 

internetsite

Artikel door: 

H.M. Somsen

 

Naam: mr. A. Pera

                                     Anne pera

Roepnaam/bijnaam: Anne

 

Geboorteplaats: 

       

Datum: 

 

Overleden te: 

           

Datum: 

 

Vader: 

          

Moeder: 

 
 

Gehuwd met: Jopie ....Pera

 

Geboortedatum: 

            

Overleden: 

 

Trouwdatum: 

     

Plaats: 

 
 

Zoon(s): 

        

      Geboren: 

            

Overleden: 

 

Dochter(s): 

          

Geboren: 

           

 Overleden: 

 
 

Kantoor aan: 

Doetinchemseweg 32
Doetinchemseweg 71

Datum:1992 tot 1996
0-0-1996 tot 01-06-2011

 
 

 

Van 1992 tot 1996 zal notaris mr. A. Pera kantoor houden in het notariskantoor op de Doetinchemseweg 32 om daarna in 1996 te vertrekken naar Doetinchemseweg 71, huize De Wierde, waar een geheel nieuw notariskantoor bijgebouwd wordt.
Notaris Pera heeft een heel team van kandidaat-notarissen en medewerkers om zich heen met een eigen specialisatie gebied. Door de vele wetsveranderingen in o.a. familie erfrecht en zakelijke transacties is het notariaat sterk uitgebreid.

Notaris A. Pera krijgt bij koninklijk besluit op 17 mei 2011 eervol ontslag per 1 juni 2011 als notaris in der gemeente Bronckhorst.
Op de zelfde datum, 1 juni 2011 is mr. Jeroen Blankestijn benoemd tot notaris met de zelfde standplaats in neemt daarbij het notaris kantoor over van mr. A. Pera aan de Doetinchemseweg onder de naam Notariskantoor Blankestijn.
Notaris J.A. Blankestijn zal hier kantoor houden tot 19 augustus 2016 waarna het kantoor verhuist naar de Dr. Grashuisstraat 2 in Zelhem. Daar wordt na een verbouwing intrek genomen in het in april 2016 leeggekomen politiebureau van Zelhem.

 

 

 

Bron: 

internetsite

Artikel door: 

H.M. Somsen

Naam: 

J.A. Blankestijn                       notaris zelhem team jeroen bankestijn 180x180

Roepnaam/bijnaam: Jeroen

 

Geboorteplaats: 

        

Datum: 

 

Overleden te: 

            

Datum: 

 

Vader: 

 

Moeder: 

 

Gehuwd met: 

 

Geboortedatum: 

                       

 Overleden: 

 

Trouwdatum: 

            

Plaats: 

 

Zoon(s): 

 

Geboren: 

 

Overleden: 

 

Dochter(s): 

 

Geboren: 

 

Overleden: 

 

Kantoor aan: 

Doetinchemseweg 71
Dr. Grashuisstraat 2

Datum: 

 

 E-mail:Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

     

Van 01-06-2011 tot 16-08-2016 zal notaris mr. J. Blankestijn kantoor houden in het notariskantoor op de Doetinchemseweg 71 om daarna in 2016 te vertrekken naar Dr. Grashuisstraat 2, waar door het vertrek van de politie het voor hun nieuwgebouwde bureau vrij kwam. Na een interne verbouwing kon het kantoor op 16-08-2016 betrokken worden en was er een openhuis op 6 november 2016. Notaris Blankestijn heeft een heel team van kandidaat-notarissen en medewerkers om zich heen met een eigen specialisatie gebied. Door de vele wetsveranderingen in o.a. familie erfrecht en zakelijke transacties is het notariaat sterk uitgebreid met Advies en Mediation.

 

Tien jaar Blankestijn Notariaat Advies Mediation

di 15 jun 2021, 10:00 Contact Bronckhorst -Zuid.
image001

ZELHEM - Tien jaar geleden, op 1 juni 2011, werd Jeroen Blankestijn tot notaris benoemd in de gemeente Bronckhorst, als opvolger van mr. Pera. Notaris Pera was de opvolger van notaris Gutteling, die het stokje heeft overgenomen van notaris Bax en zo gaat de lijn van opvolging terug in de tijd tot het jaar 1812. Daarmee is er al gedurende een periode van ruim 200 jaar een notaris in Zelhem.

Blankestijn Notariaat Advies Mediation is een modern allround notariskantoor, waar alle notariële disciplines worden aangeboden. In de afgelopen tien jaar is dat niet veranderd. Wel is de plek van het kantoor veranderd. In 2016 is het kantoor verhuisd van de Doetinchemseweg naar het centrum van Zelhem. Daar heeft het kantoor een plek gekregen in het voormalige politiebureau.
In 2015 waren al de werkzaamheden uitgebreid. Met de komst van kandidaat-notaris mr. Monique Nijland kon het kantoor ook mediation en scheidingsbemiddeling als dienst aanbieden. Ook is in de loop der jaren aansluiting gezocht bij meerdere beroepsverenigingen om het kennisnetwerk uit te breiden, waarmee de inhoudelijke kwaliteit kan worden gewaarborgd. Het kantoor was al lid van de Vereniging voor Agrarisch Specialisten in het Notariaat, met specifieke notariële kennis die nodig is voor cliënten met een agrarisch bedrijf. In de loop der jaren is ook aansluiting gezocht bij de Vereniging voor Mediators in het Notariaat en de Mediators Federatie Nederland.

Alle notariële disciplines worden aangeboden

Onlangs is het lidmaatschap verkregen van NOVEX, de Nederlandse Organisatie voor Executeurs. Lid worden van deze laatstgenoemde vereniging was een logische stap, aangezien op het kantoor veel specifieke kennis aanwezig is van de afwikkeling van erfenissen. Cliënten kunnen terecht voor advies over de afwikkeling van erfenissen, de begeleiding daarbij en ook kunnen zij opdracht geven om een nalatenschap geheel af te wikkelen.
image003

Vanwege de coronamaatregelen wordt op gepaste wijze bij het jubileum stil gestaan.

Bron:  G.J. van Roekel, Kronyck 120
 Marke boeken
 Kerkelijke archieven
 G. Rijsdorp
 H.M. Somsen
Artikel door:  H. Jonas

 

Marken bestonden al in de achtste eeuw. Het woord ‘mark’ betekende oorspronkelijk merk, merkteken of grens. Het is een afgebakend gebied, gemerkt door merkpalen in het landschap. In de loop der eeuwen werd het gebied zelf zo genoemd, om de gemeenschappelijke, niet verdeelde woeste, gronden aan te duiden. De eigenaren van de in die gebieden gelegen gecultiveerde gronden en boerderijen werden markgenoten of geërfden genoemd. Afhankelijk van de grootte had ieder Erf, Goet of Markgenoot een volle, een halve of een kwart stem, een whare

In 1809 zijn door de Staat wetten vastgesteld om de marken op te heffen en onder te brengen bij het burgerlijk bestuur. De gemeente besturen zoals zij onder het bewind van Napoleon werden ingesteld.

De markerigter met de eigenerfde boeren kwamen als regel éénmaal per jaar bij elkaar om de belangen van de mark te bespreken. Deze vergadering werd de holting genoemd. Eigenerfde boeren waren de bewoners van de hoeven, die er sinds mensenheugenis hadden gewoond. Op een dergelijke holting werden de economische belangen van de mark besproken zoals het beheer van de woeste gronden, het steken van turf, het grazen van het vee, de boetes bij overtredingen van de regels enz. Voor de bedrijfsvoering van het oude boerenbedrijf was de heide onmisbaar. Men maaide er plaggen in grote hoeveelheden om als strooisel te dienen in de potstal. Zo kon men op eenvoudige wijze de hoeveelheid mest uit de potstal vermeerderen. Eeuwen lang is er een chronisch tekort geweest aan de broodnodige mest. Éénmaal in de 7 a 10 jaar kon men plaggen maaien. De heide was tevens onmisbaar de schapenhouderij en de bijenteelt.

De boerderij met het erf eromheen en het bouwland op de enk was privé bezit van de boer. De woeste gronden, heide, veen, laaggelegen broekgronden en moerassen, waren gemeenschappelijk bezit. Essen of enken zijn gemeenschappelijke ontginningen, kampen zijn individuele ontginningen en zijn als regel van latere datum dan de enken.
Rond 1600 werd Zelhem en omgeving officieel in kaart gebracht door de Staten van Gelderland en het Graafschap Zutphen. De grenzen werden eerst nauwkeurig vastgesteld en aangegeven met een aantal markepalen (grenspalen). Wegen, waterlopen enz. met de hoeven werden in kaart gebracht, compleet met zaadbergen en de houtwallen die om het erf lagen.

Het Heeren- of Woltveen, het latere Wolfersveen
Dit gebied werd op 27-4-1639 door de Rekenkamer verpacht aan de markgenoten van Hengelo en Zelhem voor 90 gulden per jaar, de heide was 817 ha groot. Met een bepaling in het contract, dat de Rekenkamer het veen zelf weer zal mogen afgraven, indien er gedurende de pachttermijn van 25 jaar een grift (kanaal) naar Zutphen of Doesburg wordt aangelegd voor het vervoer van turf. Het was een gebied met zeer slecht ontwatering. In de winter stond het altijd blank en in de zomer nog voor een groot gedeelte. In 1813 wilde Napoleon  het Wolfersveen verkopen. De markeboeren raakten daardoor in paniek. Hoe zouden ze kunnen boeren zonder deze woeste grond?
De boeren konden in dit gebied schollen maaien en schadden steken, en op veenachtigeplekken kluun graven. Verder konden ze daar schapen hoeden. Als een boer vijf bunder bouwland had, moest daar 25 a 50 ha woeste grond tegenover staan, wilde hij zijn akkerland in orde houden. Voor 1 schaap was 1 hectare heide nodig. Het vee werd in belangrijke mate gehouden voor de productie van mest. Om de hoeveelheid mest te vergoten werden grote massa's heideplaggen gebruikt.
Daarom werd de heide gekocht van de domeinen voor ruim tweeduizend gulden,

In Zelhem waren drie Marken:

  • De Zelhemse Hattemer mark, meestal Zelhemse mark genoemd

  • De Halse mark

  • De Dunsborger Hattemermark, meestal de Dunsborger mark genoemd

De Zelhemse Hattemer mark
Markenregt van de Sellemsche-Hattemer marcke misgaders resolutien, decreten, berichte ende erfgenamen aldaer, begonnen ende geresumeert 12 Juny 1598. Zo begint het oudst bewaard gebleven markeboek van de Zelhemse mark. Op 15 juni 1829, na het opheffen van de marke eindigt het met de tekst: Niemand iets voor te dragen hebbende, zoo is de mark van Zelhem hiermede voor ontbonden verklaard.
Binnen de Mark van Zelhem lagen 59 oorspronkelijke hoeven, dertig in de Heidenhoek, 22 in de Winkelshoek en zeven in het dorp, In het dorp telt de pastorie die Wheeme ook mee en is stemgerechtigd. Mensen die later binnen de mark zijn komen wonen, hebben geen stem. Het zijn de keuters of koters. Ook worden ze wel brinkzitters of huttemannen genoemd. Ze hebben wel plichten, maar geen rechten.
De jaarholtingen werden in dit gebied geregeld gehouden. Meestal koos men daarvoor de maandag na Trinitatis (Pinksteren). Alle geërfden kregen bericht en werden ook verwacht te komen. Wie zonder ernstige reden weg bleef werd beboet om een ton bier te betalen. De proost van het klooster Bethlehem was erfmarkerichter. In diens plaats kwam later de rentmeester der geestelijke goederen, door de Gedeputeerde Staten benoemd.
Er waren 4 vosters (toezichthouders), en één skater (voorloper van de veldwachter).
Eerst hebben de Fransen de Achterhoek leeggeroofd. In 1813 kwam de bevrijding en de bevrijders (Kozakken en Hannoveranen) roofden datgene wat nog over was. Het markebestuur was vele jaren niet bijeen geweest. Na 1813 vergaderde men weer jaarlijks, maar de mark stond er bedroevend voor, geen geld in de kas en geen geld bij de boeren. Op 11 juni 1827 werd er een commissie ingesteld tot verdeling van de Zelhemse mark.

De Halse mark
Het erfmarkerichterschap was verbonden aan Obelink. Er varen drie vorsters en een scheuter. Ook een schrijver, die 6 gulden per jaar ontving. De vergaderingen van de mark werden eerst gehouden in de herberg van de Olde Landweer, later op Obelink.

De Dunsborger Hattemermark
Deze lag voor in een deel in Zelhem en voor een ander deel in Hengelo en omvatte het noordelijke deel van de Oosterwijk, de Velswijk, de Dunsborg en het Gooi (waartoe ook Keienborg gerekend moet worden). Oostwaarts schijnt zich deze mark uitgestrekt te hebben tot aan de Aaltenseweg bij Quatre Bras en de Betteld.
Van deze mark wordt ook reeds vroeg melding gemaakt. De eerste gegevens dateren van het jaar 1553.
Oorspronkelijk had de mark één richter, later twee. Waarvan één voor het Zelhemse en één voor het Hengelose deel van de mark. Markerichters waren verplicht op de holting aanwezig te zijn. In 1576 ontbraken beide, de een wilde niet komen en de ander was dronken van de brandewijn. De Dunsborger en Hattemer Marke kent ook de verplichte broodlevering op de Muldersfluite. De vergaderingen werden gehouden in de herberg "Den ouden Hengelschen molen" het latere Muldersfluite. Hengelo telde 42 erven met 44 stemmen en Zelhem 44 erven met 46½ stem.

 

Bron:  Jan Oonk
Artikel door:  Jan Oonk

 

Het departement Zelhem van de ‘Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen’ is opgericht op 18 november 1912. Van meet af aan speelde het Nut een cruciale rol bij de modernisering en verbetering van het onderwijs, vanuit de gedachte dat ‘zonder eene goede opvoeding, de kinderen geen braave menschen, geene waare Vaderlanders, geene deugdzame Christenen kunnen worden’. Men beschikte over eigen drukkerijen waar school- en leerboeken tegen een betaalbare prijs werden gedrukt. Ook de oprichting van bibliotheken werd voortvarend ter hand genomen en er werden regelmatig lezingen gegeven.

In 1822 wordt het departement Doetinchem opgericht (in 1970 ter ziele gegaan), Zelhem volgt in 1857. Helemaal soepel komt het in Zelhem niet van de grond, want in 1871 wordt dit departement al weer opgedoekt. In 1912 wordt opnieuw een poging gewaagd en dit keer met meer succes. Anno 2003 behoort Zelhem met Winterswijk, Ruurlo, Lobith en Doesburg nog tot de enige actieve departementen in de Achterhoek.
Helaas is van zowel de eerste poging in 1857 als van het huidige departement het volledige archief verloren gegaan. Het enige dat rest is het notulenboek dat vanaf 1912 is bijgehouden en dat vertoont ook nog eens grote hiaten in de periode 1946-1976. Maar blijkbaar is aan de opheffing in 1871 wel een (financieel) smetje blijven kleven, want nog tijdens een van de eerste bijeenkomsten van het nieuwe Nutsdepartement op 10 maart 1913 wordt nog tijdens ‘een bij tijd en wijlen heftige discussie’ geïnformeerd naar de gelden en eigendommen van deze voorganger. De voorzitter zegt dat het het beste is de zaak maar te laten rusten en belooft namens het bestuur ‘dat zoo iets niet meer, door hun toedoen althans, gebeurt’.

De doorstart van het Nut in Zelhem is te danken aan de lezing die de heer J. Bruinwold Riedel uit Amsterdam op 29 oktober 1912 houdt voor de vereniging ‘Tot Onderling Nut en Genoegen’ in Zelhem, ‘omtrent doel en streven der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen’. Dat leidt al op 18 november tot de oprichtingsvergadering van het departement Zelhem. Voorzitter wordt burgemeester J.J. de Kempenaer, die onder meer zegt dat hij graag zijn beste krachten wil wijden aan een vereniging ‘die niet vraagt naar rang, stand of geloof’.
Twintig leden hebben zich dan al aangemeld en dat aantal zal snel stijgen tot 66 in januari 1915. In het eerste bestuur worden gekozen mej. W.G. Oldenhave, burgemeester J.J. de Kempenaer (voorzitter), landbouwer J.W.H. Bruggink (penningmeester), de kunstschilder H.E. Knaake en, na enig aandringen, J.W. Stapel (secretaris). De zustervereniging Tot Onderling Nut en Genoegen heeft dan inmiddels al toegezegd eenderde van haar financiële middelen af te willen dragen aan het Nut, wanneer deze het geven van leesavonden van haar overneemt. Bij de rondvraag neemt de heer J.A.B. Andriesen het woord en spreekt de hoop uit dat de oprichting van het departement Zelhem van het Nut ‘aanleiding mag geven tot meer geluk, meer welvaart en meer genoegen in Zelhem’.

1 Markt hoek Smidsstraat 1911 kl                  De Sociëteit op de hoek van de Markt en de Smidsstraat. Foto in kleur gemaakt door G. Knake.

Voor de bijeenkomst van 13 januari 1913 in de Sociëteit is als eerste spreker uitgenodigd de heer B. Klein Wassink uit Leeuwarden. Onderwerp van de lezing is ‘Leo Tolstoi, zijn leven en leer’. ‘Onder een ademloze stilte schetst hij in een gloedvolle causerie het leven, werken en strijden van den grooten Rus, waarbij telkens bleek, welk een vurig vereerder spreker van hem was. Hoewel vele van zijner theorieën niet kunnende onderschrijven, aldus spreker, is er toch veel in zijn leer en werken, dat ons tot nadenken kan stemmen en doen trachten zijn voetstappen in hoofdzaak te drukken’, aldus de notulen. Of Zelhem al rijp was voor een dergelijk revolutionair betoog, daaraan doet de volgende passage enigszins twijfelen. ‘Na een voordracht van ruim twee uur, waarbij de vergadering geen enkel woord ontging, eindigde de heer Klein Wassink, niet onder een daverend applaus, ….’, aldus de notulist, die daar evenwel snel aan toevoegt: ‘… daarvoor maakten zijn woorden te veel indruk’. Dat het verhaal blijkbaar nogal is aangekomen blijkt ook uit de volgende opmerking: ‘De voorzitter dankt dan ook, nadat de vergadering enigszins van hare aandoening bekomen is, op hartelijke wijze den spreker …’. 
11 Marktplein Zelhem 19 kl                       Het Witte Paard op de Markt. Foto in kleur gezet door G. Knake.

Het nieuwe Nutsdepartement in Zelhem gaat ook anderszins voortvarend van start. Op de volgende bijeenkomst bij A.J. Praastink (het Witte Paard), op 10 maart 1913, wordt al besloten tot de oprichting van een kinderzangschool en een volksbibliotheek. Het opzetten van een cursus boekhouden en de stichting van een volksleenbank, voorstellen die later dat jaar aan de orde komen, worden uiteindelijk wegens gebrek aan animo afgeblazen.
De heer D. Denkers, hoofdonderwijzer van de openbare lagere school (de vroegere Dorpsschool aan de Doetinchemseweg), leidt de commissie die de kinderzangschool van de grond moet tillen. In de commissie nemen ook zitting de heren Andriessen (hoewel hij ‘volgens zijn zeggen geen noot kent, zoo groot als een hooiberg’) en Knaake. Op 26 januari 1914 verzorgt Denkers samen met de kinderen van de zangschool een optreden voor het Nut, waarbij ‘de toehoorders onder de bekoring van de prachtig gezongen liederen’ waren. De zangschool was de redding van de avond, want de lezing van de heer Jurriaan over de Harz viel ‘voor 7/8 in ’t water, doordat de sciopticon voor de lichtbeelden niet in orde was’.
Eind 1915 is sprake van de opvoering van een kinderoperette door de zangschool. Ook in latere jaren verzorgt de kinderzangvereniging nog regelmatig een optreden voor het Nut, al dan niet in combinatie met de gymnastiekvereniging. Vanaf 1936 neemt G.J. Drost, opvolger van Denkers als schoolhoofd, de kinderzangvereniging onder zijn hoede. Tijdens de oorlog raakt het initiatief echter in het slop en na de bevrijding wordt de kinderzangvereniging nooit meer genoemd in de notulen.

8 Mies Oldenhave uitsnede klMies Oldenhave. Foto in kleur gemaakt door G. Knake.

Op de oprichting van een volwaardige volksbibliotheek werpt zich mej. Oldenhave, bijgestaan door mej. Bilderbeek uit Halle en de heren Denkers en Wijmenga. Mej. Oldenhave heeft op dat moment al het beheer over een voorlopige bibliotheek die, met financiële ondersteuning van het Nutsdepartement Doetinchem, is opgezet in de openbare lagere school in Zelhem. Daar blijft de nieuwe bibliotheek ook gevestigd. In het schooljaar 1915-1916 bedraagt het aantal lezers 54, die samen (in 14 uitleensessies) 773 boeken lenen. Het aantal boeken bedraagt op dat moment 259 en de conclusie is dan ook dat uitbreiding van dit aantal nodig gewenst is. In het schooljaar 1916-1917 worden al 1092 boeken uitgeleend. De uitgaven van de bibliotheek bedragen in dat jaar 75,86½ gulden, waar aan inkomsten 72,93 gulden tegenover staan. Vanuit de kas van het Nut wordt doorgaans een subsidiebedrag verleend voor de aanschaf van nieuwe boeken, oplopend van 5 gulden in 1915 tot 25 gulden in 1938.

In de loop van 1922 raakt de bibliotheek om een of andere reden in verval en wel zodanig dat in het schooljaar 1922-1923 de uitleen van boeken helemaal wordt stopgezet. In de notulen van de vergadering van 27 april 1923 valt te lezen: ‘Er wordt besloten om dezen zomer met eenige leden de bibliotheek weder in orde te brengen zoodat met Oktober weder met het uitlenen der boeken kan worden aangevangen.’ Dat is gelukt, al is het enthousiasme aanvankelijk sterk teruggevallen. In 1924 bedraagt het aantal uitgeleende boeken nog maar 367. Pas in het seizoen 1927-1928 wordt met 1184 uitgeleende boeken het oude niveau uit 1917 weer bereikt. Het treft dat men juist in 1927 honderd boeken heeft kunnen bemachtigen uit de nalatenschap van het opgeheven departement Zevenaar. Nu doet zich echter het probleem van ruimtegebrek voor. Een zekere heer Dijk meldt zich dan met een boekenkast die hij wel tegen een schappelijk prijsje ter beschikking wil stellen. Deze boekenkast is, ironie van het lot, nog afkomstig uit de nalatenschap van het ‘oude departement’ dat in 1871 ter ziele is gegaan. Ook in Halle is in 1927 overigens gestart met de uitleen van boeken. In 1933 wordt de bibliotheek van het opgeheven departement Hengelo overgenomen.

12 doetinchemseweg29                        De openbare school aan de Doetinchemseweg. 

Tot 1925 is de organisatie rond de bibliotheek in handen van mej. Oldenhave, daarna wordt dit overgenomen door het schoolhoofd Denkers. Hij blijft dit doen tot 1935, wanneer hij de pensioengerechtigde leeftijd bereikt. Zijn opvolger G.J. Drost neemt vanaf 1936 zijn taken over. Na de oorlog is de Nutsbibliotheek nog maar zelden onderwerp van discussie tijdens de jaarlijkse ledenvergaderingen, al blijft de band nog een tijdlang bestaan. Tot 1970, wanneer de Nutsbibliotheek opgaat in de openbare bibliotheek die dat jaar in Zelhem wordt gesticht. De Nutsbibliotheek strijkt de vlag met ere en op het toppunt van haar succes. In het voorlaatste seizoen van haar bestaan, 1968-1969, worden bijna 5.500 boeken uitgeleend. In het laatste jaar, voordat het doek definitief valt, overschrijdt dit aantal al de 7.000.

In 1924 wordt tevens besloten tot de oprichting van een gymnastiekvereniging, waarvoor de heer Bijlsma uit Doetinchem als leider wordt aangezocht. Vooral de huisarts E.H. van der Poest Clement (dan bestuurslid van het Nut en vanaf 1927 tot zijn dood in 1941 voorzitter) heeft zich daar hard voor gemaakt. In hetzelfde jaar wordt overigens ook vanuit andere hoek eenzelfde initiatief genomen, maar samenwerking ketst af op de eisen die de andere partij stelt. In november 1924 geeft de nieuwe gymnastiekvereniging een eerste uitvoering, samen met de zangvereniging. In 1932 telt de gymnastiekvereniging al 60 leden. Vanaf de oprichting is de heer J.W. Stapel als secretaris-penningmeester (na 1945 nog een tijdlang als vice-voorzitter) de centrale spil van de gymnastiekvereniging. Na de oorlog duikt voor het eerst de naam S.S.S. op, Sport Staalt Spieren. De relatie tussen het Nut en de gymnastiekvereniging wordt dan steeds losser. Vanaf 1946 gaat S.S.S. als zelfstandige vereniging verder en leidt anno 2002 nog steeds een bloeiend bestaan.

Op de vergadering van 8 juli 1929 wordt het bestuur uitgebreid met twee extra leden, omdat het Nut op het punt staat een nieuwe school te stichten in het Wolfersveen. Het principebesluit daartoe wordt die avond genomen. Sinds 1920 wordt het Wolfersveen, van oorsprong drassig en onbewoonbaar moerasgebied, in hoog tempo in cultuur gebracht. Het aantal pioniers groeit snel en de nieuwelingen vinden dat het tijd wordt voor een eigen school, omdat de afstand naar Zelhem erg groot is voor de schoolgaande jeugd. Men wil een openbare school en dient daartoe een verzoek in bij het gemeentebestuur. B&W en gemeenteraad zijn niet erg enthousiast en zien liever een school op christelijke grondslag verschijnen. Vele raadsvergaderingen worden eraan gewijd, maar de goedkeuring voor de openbare lagere school in Wolfersveen komt er niet. De bewoners wenden zich dan tot het Nut, in een poging via deze route een doorbraak te bewerkstelligen.

14 school                                                        NUT school Wolfersveen.

Op 28 november 1930 wordt er een speciale vergadering belegd door het Nut, gewijd aan de perikelen rond de nieuwe school. ‘Door tegenwerking van het gemeente bestuur is deze school niet tot stand kunnen komen, en is het bestuur van ’t Nut welke rechtspersoonlijkheid bezit als zoodanig genoodzaakt geworden een bijzondere neutrale school aan te vragen, welke bereids is toegestaan’, schrijft secretaris H. Dierssen (later zelf wethouder) in het notulenboek. De benodigde voorbereidingen zijn door het bestuur inmiddels al getroffen. De benodigde grond wordt van Gerhardus Martinus Wolsink, op Wossink te Halle gekocht voor een bedrag van 500 gulden (bij akte van 15 augustus 1930). In 1931 is de school gereed en per 1 april van dat jaar wordt met de lessen begonnen. Er wordt meteen een dependance van de bibliotheek ondergebracht, die zal worden beheerd door het nieuwe schoolhoofd Baljet.
Het werven van voldoende leerlingen, om het initiatief levensvatbaar te maken en te houden, was in die beginjaren een punt van aandacht. Zodra er ergens in Wolfersveen een zuigeling was geboren toog mevr. Baljet op pad om namens de Nutschool een kleine attentie te overhandigen, om zodoende alvast wat zieltjes te winnen voor de toekomst. Medio dertiger jaren wordt meester Baljet opgevolgd door meester Buddendorf. Later volgden een meester Brinkman, een meester Vellinga en (sinds 1977) meester Landeweerd. Door de teloorgang van het Nutsarchief zijn nadere gegevens moeilijk te achterhalen. In de notulen van 1946 wordt nog gemeld dat per 1 juli van dat jaar mej. Gerda Maria Wolsink uit Halle is benoemd tot onderwijzeres.

Rond 1975 is het aantal leerlingen aan de Nutsschool teruggelopen tot 23 en hangt het voortbestaan aan een zijden draadje. Met de benoeming van meester Landeweerd tot schoolhoofd (een van de eerste bestuursdaden van de nieuwe Nutsvoorzitter mevr. H.C. Laman Trip) wordt het tij echter gekeerd en wordt de opgaande lijn weer opgepakt. Tegenwoordig schommelt het aantal leerlingen rond de 85. Lange tijd was het Nutsbestuur tevens schoolbestuur. Sinds 1995 is de Nutsschool echter ondergebracht in een aparte stichting met een eigen bestuur.

De laatste ledenvergadering voor de Tweede Wereldoorlog vindt plaats op 12 oktober 1939, ten huize van W.G. Berendsen (het vroegere Roode Hert). In de marge van de notulen tekent het naderende onheil zich al af. ‘Aan de hier liggende militairen zal gelegenheid worden gegeven gratis boeken te lezen, terwijl zij ook Nutsavonden gratis zullen kunnen bijwonen’, zo valt te lezen. Ook de gymnastiekvereniging ondervindt de gevolgen van de mobilisatie. ‘De verschillende klassen zijn goed bezet, doch de herenafdeling moest tijdelijk worden opgeheven.’
Na de inval van de Duitsers vallen ook de activiteiten van het Nut volledig stil. Vijf jaar lang vecht iedereen zijn eigen persoonlijke strijd en pas op 23 mei 1945 wordt via een buitengewone ledenvergadering de draad weer opgepakt. Voor het eerst in het gebouw van de Protestanten Bond, dat later (vanaf 1979) de vaste thuisbasis zal worden van de lezingen van het Nut. Over oorlogsleed wordt in de notulen van deze ‘eerste vrije vergadering’ van het Nut niet gerept. Later zal blijken dat oud-secretaris B. Jacob, net als zijn vrouw en drie kinderen, in een van de Duitse concentratiekampen is omgekomen. Voorzitter Van der Poest Clement is al in 1941 overleden en als opvolger wordt na de bevrijding gekozen notaris K.H. Veenstra.

Na 1946 treden er enorme hiaten op in het notulenboek. Alleen in 1952, 1956-1958, 1970 en 1973 duiken er wat losse aantekeningen op. Secretaris Drost (hij vervult die functie van 1939 tot in ieder geval 1973) noteert zijn verslagen blijkbaar elders. Het maakt het wel moeilijk om het reilen en zeilen van de vereniging in die jaren nauwgezet te reconstrueren. Pas in 1976 pakt de nieuwe secretaris G.J. Oosterink (hoofd van de nieuwe openbare lagere school, de huidige Jan Ligthartschool) de draad weer consequent op. Het Nutsdepartement beleeft in die jaren haar glorieperiode. In 1972 wordt het maximale aantal van 169 leden bereikt. Daarna treedt, net als elders in het land, geleidelijk een proces op van terugval en vergrijzing. Anno 2002 telt het Nutsdepartement Zelhem nog ruim tachtig leden. In zekere zin is het Nut slachtoffer van haar eigen succes. Democratische rechten zijn gemeengoed geworden en wie ‘zucht en reikhalst naar wijsheid’ kan tegenwoordig onmetelijk veel kanalen aanboren.

Literatuur
Notulenboek Nutsdepartement Zelhem
‘Patriotten en bevrijders’, Simon Schama (1977)
‘Om het algemeen volksgeluk’, gedenkboek ter gelegenheid van het tweehonderdjarig bestaan van de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen (1984)

 

Zie voor de voorgeschiedenis het artikel, het kasboek van het Departement Zelhem

 

De besturen

Voorzitter
J.J. de Kempenaer (burgemeester) 1912-1920 (wordt bestuurslid)
H.E. Knaake (kunstschilder) 1920-1922
J. Grashuis (dierenarts) 1923-1924 (wordt bestuurslid)
D. Denkers (schoolhoofd) 1924-1926
C. Schaap 1926-1927
E.H. v.d. Poest Clement (huisarts) 1927-1941
K.H. Veenstra (notaris) 1945-1957

Secretaris
J.W. Stapel 1912-1915
E.H. v.d. Poest Clement 1915-1917
A. Klaver 1917-1918
B. Jacob 1918-1924
G. Verbeek 1924-1928
D. Denkers 1928-1929
H. Dierssen 1929-1939
G.J. Drost 1939-na 1973

Penningmeester
Joh.H.W. Bruggink 1912-1956 (!)
Terwijl om hem heen de samenstelling van het bestuur voortdurend wisselt, vooral in de twintiger jaren, blijft Bruggink vierenveertig jaar onverstoorbaar op zijn post, tot 1956.

Bestuursleden
Mej. Oldenhave 1912-1920
H.E. Knaake 1912-1920 (wordt voorzitter)
D. Denkers 1920-1924 (wordt voorzitter) 1945-
J.J. de Kempenaer 1920-1921
J. Grashuis 1921-1923 (wordt voorzitter)1924-1935
G. Buurman ? -1925
E.H. v.d. Poest Clement 1924-1927 (wordt voorzitter)
C. Schaap 1925-1926 (wordt voorzitter)
J. Enklaar 1926-1931
J.P. de Tiemerij 1929-1936
Haadsma 1929-1931
Mevr. Tiecken 1931-1956
H. Abrahams 1931-1945
K.H. Veenstra 1935-1945 (wordt voorzitter)
H. Beunk 1936-1956

Samenstelling bestuur anno 2003
Mevr. H.C. Laman Trip – Nuboer voorzitter (sinds 1976)
Mevr. G.W. Oosterink secretaris
Dhr. G.H. Hemink penningmeester
Dhr. J. Kielema lid
Dhr. E.J.G. Vleemingh lid

‘De eenige dame …’
De aanwezigheid van mej. W.G. Oldenhave (bekend als Tante Mies) in het eerste bestuur van het Nutsdepartement Zelhem is anno 1912 blijkbaar nogal opmerkelijk. Op de oprichtingsvergadering is sprake van drie vrouwelijke leden, die echter alle schitteren door afwezigheid. Op de huishoudelijke vergadering van 10 maart 1913 bij café Praastink verschijnt mej. Oldenhave echter als eerste vrouw daadwerkelijk ten tonele, tenslotte was ze (ondanks haar eerdere afwezigheid) als bestuurslid gekozen. In de notulen is het als volgt vastgelegd: ‘De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom, inzonderheid richt hij het woord tot de eenige dame, Mej. Oldenhave, die het heeft aangedurfd, daar het te voorzien was, dat op deze vergadering geen vrouwelijke leden zouden komen, om toch ter vergadering te verschijnen en zoodoende blijk geeft hart voor de zaak te hebben, waardoor ze veel heeren tot voorbeeld kan strekken, om mee te werken aan het goede doel.’ Secretaris J.W. Stapel heeft er zijn mooiste volzin voor uit zijn pen geperst.

 

Nut

Krantenartikel uit Algemeen Handelsblad 13-10-1896

 

Nut



Bestuur 2022

Het bestuur van het Departement Zelhem wordt gevormd door:

Voorzitter
Ben Radstake
tel. 0314-631410

Secretaris
Bas Andeweg
tel. 0314-870028

Penningmeester
Anneke van der Woude
tel. 0314-620165

 

Algemene leden 

  • Hans Bessem
    tel. 0314-624921

  • Cees Corts
    tel. 0314-625227
      
    Piet Bisschops
    tel. 0314 622426

 

   
Artikel door:  H.M. Somsen. 

 

1762 oktober 29
Verzoek van de magistraat van Doetinchem om het instellen en houden van nieuwe jaarmarkten te Zelhem te verbieden. H.E.M. geven te kennen, dat de ingezetenen van Zelhem voor het houden van nieuwe jaarmarkten een verzoek aan H.E.M. dienen te richten.
(Rekenkamer S 33, fo. 1119-1121)

1763 april 30
Verzoek van van Hermen Becking, richter van het richterambt Zelhem, om jaarlijks in het dorp vier jaarmarkten te mogen houden. Verwezen naar het Hof. (bron: Rekenkamer S 34, fo. 215, 216)

 

De Zelhemse markt werd op 6 maart 1907 opgericht als een vereniging tot Bevordering van het Marktwezen en “vierde” op 6 maart 2012 haar 105 jarig bestaan.

Het is begonnen als veemarkt die rondom de Lambertikerk werd gehouden, de koeien stonden aan touwen die door de ijzeren ringen die in de lindebomen zaten bij het hekwerk om de kerk, gebonden te wachten op hun nieuwe eigenaar.
De varkensmarkt werd bij de oude school aan de achterkant van de kerk aan de Koestraat ( Burgemeester Rijpstrastraat) gehouden, nu gedeeltelijk parkeerplaats bij het zorgcentrum. Ook pluimvee en geiten werden in Zelhem verhandeld, voor paarden moest men naar de paardenmarkt in Hengelo G.
Net als in de omliggende plaatsen, ging men voor het afrekenen van de handel naar een café, hier Het Rode Hert.
In de Tweede Wereldoorlog kwam de markt tijdelijk stil te liggen, om na de oorlog verder te gaan als alleen een biggenmarkt.


9 04 1910 Jaarmarkten Hengelo enZelhem
1910-04-09 Artikel uit de Graagschapbode over de aanlevering bij der markten in Hengelo en Zelhem.
Foto: H.M.Somsen.

1928 schapenkeuring 1 oudzelhem1928 6 juli. Schapenkeuring voor de oude school in de Koestraat. Foto: Gelderland in woord en beeld.
collectie Willem Hartemink.
1928 schapenkeuring 2 oudzelhem
1928 6 juli.  Schapenkeuring voor de oude school in de Koestraat.  Op de foto, met de hoed in de hand, de heer P. de Fremery, voorzitter van de Marktvereniging Zelhem. 
Foto: Gelderland in woord en beeld collectie Willem Hartemink.

1930 ca. schapenkeuring oudzelhem

1930 Krantenartikel uit collectie Gerard Bruil.
1930 Fotonieuws 173 0041
1930 Schapenkeuring voor de oude school achter de Lambertikerk.
Foto uit Fotonieuws collectie Gerard Bruil.

2012 10 Koestraat 1928 1928 De bocht in de weg van de Markt naar de Koestraat, waar ke koeien aan de touwen door de ringen van de bomen waren vastgebonden. Foto: Willem Hartemink.
2014 11 09
De ringen in de bomen waar de touwen doorzaten om de koeien aan te binden tijdens de markt.
Foto: H.M. Somsen.

1930 bouw muziekkoepel plantsoenstraat oudzelhem 1930 Bouw van de muziekkoepel tussen de Plantsoenstraat en de Ruurloseweg, mede mogelijk gemaakt door de Marktvereniging. 

1934 Marktplein met huis Benning. oudzelhem 1934 Marktplein met zicht op de Ruurloseweg Foto: Willem Hartemink.

1935 Marktdag op de Markt. oudzelhem

1935 Marktdag op de Markt in Zelhem. Foto: H.M. Somsen.

1935 Schapen en varkensmarkt voor de oude school oudzelhem1935 Scahepen en varkensmarkt voor de oude school in de Koestraat. Foto: H.M. Somsen.
1935 marktdag oudzelhem
1935 Marktdag  in november. Foto: Eef Oosterink.

markten41935 Drukte in de koestraat bij de novembermarkt. Krantenartikel uit collectie Gerard Bruil.
1935 November markt

1935 De novembermartk in de Koestraat.
1935 marktplein novembermarkt 1935
1935 het Marktplein tijdens de novembermarkt. Foto uit de Graafschapbode.

Op heden "Grote Kolde Markt te Zelhem"
Een stukje uit de krant van 1936

1936 Koldemarkt oudzelhem

De Kolde Markt te Zelhem van heden Maandagmorgen, bracht weer een levendige drukte in de dorpsstraten. De aanvoer bedroeg in totaal 25 stuks rundvee en 80 biggen, enkele schapen, manden met kippen, etc., terwijl een groot aantal krameijen langs den kant stond uitgestald, waar de verlotingscommissie voldoende gelegenheid had om vele geschikte prijzen aan te kopen.
Tevens waren ook verscheidene rasechte marktkooplieden aanwezig, die in een dichten kring van koop- en kijklustige hun waren aan den man brachten. Al met al een zeer geslaagde najaarsmarkt.
Vanavond brengt natuurlijk de trekkingsuitslag weer vreugde voor menigeen, terwijl in het feestgebouw ( Cafe de Ploeg.) dansmuziek is. (Dubbeltjes dansen) .


Dubbeltjes dansen bij café Bel “de Ploeg” eind dertiger jaren.
door Harry Somsen.

Bij het café van Johan Evert Bel in de Koestraat kon je tijden de kermis rond 17 september en de zogenaamde Kolde Markt in november, dubbeltjes dansen.

De veemarkt, waar koeien, biggen, enkele schapen, manden met kippen en een enkel paard werden verhandeld begon al vroeg in de morgen, terwijl een groot aantal kramen langs de kant stonden opgesteld, waar de verlotingscommissie voldoende gelegenheid had om vele geschikte prijzen aan te kopen.
Voor de meegekomen familieleden was er na afloop van de markt vrij entree bij het dansen.
Het bubbeltjes dansen begon om 10.00 uur tot ca. 13.00 uur. Een strijkje van 4 á 5 muzikanten speelden bekende dansmuziek, walsen, mazurka’s Duitseploka’s en de veleta.
Na een stuk muziek gespeeld te hebben stopte het strijkje de dans en ging Bernard Lenderink rond met een diep bord waarop een plat bord om dubbeltjes te innen bij de dansparen op de vloer. Na een seintje van Lenderink ging de muziek weer verder en kon er weer gedanst worden. Sommige zuinige mensen betaalden niet maar dansten wel het tweede gedeelte mee.
Bernard Lenderink, die de dubbeltjes ophaalde, kon goed walsen en danste de tweede helft vaak samen met de kasteleins dochter Jannie Bel.
Bernards vrouw, Grada Massen deed jarenlang de bediening, ook later bij de opvolgers van Bel, Evert Diersen, Smeitink en Masselink.
Bekende kleine dansorkestjes, zgn. strijkjes, waren o.a., van Gradus Brugman, Teun Masselink uit Gaanderen en Hein Kappert, de schoonzoon van Teun Masselink.
De opbrengst van de dubbeltjes was voor kastelein Bel, die hiervan o.a. de muziek en kelners betaalde. Na afloop van het dansen was er voor alle medewerkers, soep.


1936 Fotonieuws 191 0081Maandagmorgen werd te Zelhem de jaarlijkse Koldemarkt of verlotingsmarkt gehouden, welke ook ditmaal weer velen uit de omgeving naar dit vriendelijke dorpje trokken. De heele morgen heerste er op deze najaarsmarkt een flinke drukte, zoals op bovenstaande foto te zien is.
1936 Krantenartikel uit collectie Gerard Bruil.
advertentie19391939 Advertentie: uit de collectie van Eef Oosterink.

advertentie1939 1

1939 Advertentie: uit de collectie van Eef Oosterink.


De markt  stagneerde tijdens de oorlogsjaren, een herstat in 1949 gaf ook weinig reactie en in 1962 werd zelfs overwogen met de markt te stoppen.

 

Vrijdagmarkt komt weer terug


1963
De eerste Zelhemse vrijdagmiddagmarkt werd gehouden op 4 april 1963 als een vrijdagavondmarkt in de Stationsstraat. Na veel vergaderen was door het toenmalige marktbestuur besloten een nieuw soort markt te houden, als opvolger van de oude markten, die rondom de kerk werden gehouden. Hett moest een vrijdagavondmarkt worden waar onder andere groenten, vis, kaas, kleding, bloemen en textiel te koop zou worden aangeboden.

De firma v.d. Toren kreeg opdracht van het marktbestuur om kramen te maken, op te zetten en na de markt weer af te breken en op te slaan. Daarnaast zorgde v.d. Toren ook voor de achtergrondmuziek op de markt. Dhr. Boland werd marktmeester en één van de mensen die de markt na afloop weer schoonveegde. Jan Oosterink van Oosterink electra aan de Hummeloseweg zorgde doormiddel van prikkabel voor verlichting in de marktkramen. Het bestuur van de marktvereniging bepaalde wie een standplaats kreeg om zo een éénzijdige handel te voorkomen, de marktmeester hield toezicht op het goede verloop en bemiddelde in conflicten en zo begon de eerste markt met ongeveer tien kramen en een paar eigen verkoopwagens.

Een aantal marktkooplieden van het eerste uur kwam uit de buurt, zoals Wolter Hassink met bloemen uit Zelhem. Vishandelaar Ben Hendriksen uit Doetinchem had een Citroënbus omgebouwd tot verkoopwagen. Te Lindert uit Halle stond op de markt met patat en later kwamen een kaasman en poelier Kappert uit Doetinchem en Herman Becking nog bij. Groenteman Jansen uit Doesburg stond er met twee kramen. Verder een stoffenkraam en van Beers met bloemen.

De eerste jaren werden er lootjes uitgegeven waarop de klanten bij de volgende markt, prijzen konden winnen. Omdat een aantal marktkooplieden van ver kwam, werd er voor aanvang van de markt, om vier uur ‘s middags, koffie geschonken door mevr. Vels uit de Stationsstraat. Mevr. Vels kwam een paar uur later langs met verse koffie en in de winter ook met soep. Bij het 25-jarig jubileum van de markt kreeg mevr. Vels een, door Henk Schoemaker gemaakt, wandpaneel aangeboden, met daarin uitgehakt haar koffie pot en mand. De markt begon oorspronkelijk om 17.00 uur tot 21.00 uur als vrijdagavondmarkt.

De kooplieden kwamen echter steeds vroeger naar de markt, veelal omdat ze van een morgenmarkt kwamen. Niet lang na de invoering van de avondmarkt begon de markt al vroeger in de middag. Bakker Wendt uit Apeldoorn kwam al vroeg om de kramen op te bouwen voor zijn vrouw. Zelf ging hij door naar de markt in Dinxperlo en daardoor kon hij niet wachten tot het eind van de middag. In de winter werd het tijdstip van 21.00 uur sluiten vanwege de kou al snel verlaten en vervroegd naar 20.00 uur. In de verdere jaren vervroegde het tijdstip doordat de bezoekers en kooplieden steeds vroeger naar de markt kwamen. Het uiteindelijke resultaat is dat de markt nu alleen nog op vrijdagmiddag van 13.30 uur tot 17.30 uur gehouden wordt. Dat snel weggaan leverde ooit een probleem op toen een koopman met sierraden en klokken, die naast de wagen van Ben Hendriksen stond en zijn kraamzeil aan de wagen van Hendriksen had bevestigd. Hendriksen had na afloop van de markt zijn spullen al opgeruimd en wilde vertrekken. Hij begon te rijden en nam daarbij het zeil van de buurman mee, waardoor die kraam omviel. De sierraden en klokken lagen op straat. Omstanders waarschuwden Ben Hendriksen en hij stopte, maar het leed was al geleden.


Sfeerimpressie van de vrijdagmiddagmarkt in de Stationsstraat.


markt 01 P De Vrijdagmiddagmarkt in de Stationsstraat 01 Foto:Joke Smeitink-Kraan.

markt 12De Vrijdagmiddagmarkt in de Stationsstraat 02 Foto:Joke Smeitink-Kraan.
markt 04 SDe Vrijdagmiddagmarkt in de Stationsstraat 03 Foto:Joke Smeitink-Kraan.

markt 12De Vrijdagmiddagmarkt in de Stationsstraat 04 Foto:Joke Smeitink-Kraan.

markt 05De Vrijdagmiddagmarkt in de Stationsstraat 05 Foto:Joke Smeitink-Kraan.

markt 12De Vrijdagmiddagmarkt in de Stationsstraat 06 Foto:Joke Smeitink-Kraan.
markt 12
De Vrijdagmiddagmarkt in de Stationsstraat 07 Foto:Joke Smeitink-Kraan.
markt 12

De Vrijdagmiddagmarkt in de Stationsstraat 08 Foto:Joke Smeitink-Kraan.

markt 12

De Vrijdagmiddagmarkt in de Stationsstraat 09 Foto:Joke Smeitink-Kraan.
markt 10De Vrijdagmiddagmarkt in de Stationsstraat 10 Foto:Joke Smeitink-Kraan.

markt 12De Vrijdagmiddagmarkt in de Stationsstraat 11 Foto:Joke Smeitink-Kraan.
markt 12

De Vrijdagmiddagmarkt in de Stationsstraat 12 Foto:Joke Smeitink-Kraan.

1973 va. bord stationsstraat voor marktBord waarop aangegeven dat de markt om 3 uur mag beginnen.
1973ca. Vrijdagmiddag markt zelhem
Kraam van groenteman Prins tegenover drogisterij Oosterink. Foto: E.W. Oosterink.

1980ca. Vrijdagmiddag markt op de Markt. jpg

Advies om de markt niet te verplaatsen naar de Kerkweg.
Kranten artikel Zaterdag 17-12-1983  in de Graafschapbode. Foto: H.M. Somsen.


De vrijdagmarkt is in de loop der jaren op diverse plekken in Zelhem gehouden. De markt begon in de Stationsstraat, maar toen het aantal kramen toenam en de gehele straat in gebruik genomen werd, waardoor politie en brandweer er niet meer door konden, is de markt, uit veiligheidsoverwegingen, verplaatst naar het Stationsplein bij de Kerkweg. Daar stond je wel mooi bij elkaar maar verder van het dorp met zijn winkels.


1985 markt op het plein bij de kerkweg cajpgDe Markt op het Stationsplein bij de Kerkweg en muziekkoepel. Foto: coll. H.M. Somsen.
1985ca. Vrijdagmiddag markt op kerkweg. jpgDe Markt op het Stationsplein bij de Kerkweg. Foto: coll. H.M. Somsen.

Het bestuur van de marktvereniging, met o.a. Harry Jansen en Gerrit Sevink, droeg na ca. 15 jaar na de start, de markt over aan de Gemeente Zelhem, waarbij Joke Smeitink de marktmeester werd. In de loop van de 50 jaren zijn er diverse marktmeesters geweest. Martin Luimes, Henk Kamerling en Hans Groot Roessink en Jan Olthof moeten hier nog genoemd worden. Na de nieuwbouw op de Markt in het centrum en het vrijgekomen plein in 1992, ging de vrijdagmiddagmarkt in 1997 naar deze plek waar alle kramen en verkoopwagens tegenover elkaar kunnen staan. Speciaal voor deze vrijdagmiddagmarkt wordt ruimte vrijgemaakt die op andere momenten als terras in gebruik zijn. Natuurlijk kwamen er in de loop van de jaren veranderingen. Wijshake met zijn sokkenkraam stond lang op de Zelhemse markt. Hij werd in 1981 65 jaar, maar wilde nog niet stoppen. Dat zegt iets over de sfeer van toen. Toch stopten velen die op leeftijd kwamen, omdat het, vooral in de winter, moeilijk en zwaar was.


Op de huidige vrijdagmarkt is nog één bedrijf van het eerste uur aanwezig. Ben Hendriksen, de vishandelaar uit Doetinchem. Hij kon in 2013 zijn 50-jarig Zelhemse marktjubileum vieren. Wim Prins, die vanaf de eerste markt met zijn groentekramen in de Stationsstraat stond en zelfs in Zelhem groentewinkel ‘Klein Westland’ is gestart (met Henk Visser als bedrijfsleider), heeft de groentekraam overgedaan aan zoon Koos Prins. Na Prins kwamen Schabbink en Hans Koning. Zij zijn nog jaren met hun groentekramen de Zelhemse markt trouw gebleven.

50 jaar vrijdagmiddagmarkt Benhendriksen Jan Dinkelman en foto Janny Veldhorst DiersenBen Hendriksen ontvangt een atentie van Anton v. Ingen in het bijzijn van Jan Dinkelman voor 100 jaar markt in Zelhem. Foto: J.V.D.

Veel kooplieden hebben al een lange staat van dienst en zijn vertrouwde gezichten geworden. De vrijdagmiddag markt is niet meer uit het dorp Zelhem weg te denken en heeft een aantrekkingskracht op de hele omgeving.

2009
In 2009 is de markt overgenomen door de Marktvereniging Hengelo (G), onder voorzitterschap van Anton van Ingen en met Jan Dinkelman als secretaris-penningmeester. De medebestuursleden Ben Schlieff, Jan Lanters, Paul den Toom en Henk Smeitink deden tevens dienst als marktmeester. Sinds  2019 wordt de vereniging geleid door zeven bestuursleden, twee vrouwen en vijf mannen.  Anton v. Ingen, Hanny Zweverink-Bos, Annelies Wolsink, Alfred Zweers, Henk Harmsen, Gerrit Nusselder en het aspirant lid Wied Hendriksen. Zij onderhouden tegenwoordig de contacten met de standhouders en houden een logboek bij, zodat iedere marktmeester elke week op de hoogte is van gemaakte afspraken.
De markt is in de loop van de jaren sterk uitgebreid met nieuwe producten en daardoor sfeervol, goed uitgebalanceerd met als extra voordeel dat je de auto op loopafstand kunt parkeren. Dat maakt het voor publiek en kooplieden tot een fijne en veilige markt, die hopelijk nog tientallen jaren door kan gaan.

2018

Sfeerinpressie van verkoopwagens op de markt in 2018.

Op de Zelhemse markt is tegenwoordig verkrijgbaar:
Brood, koeken en gebak.
Fruit en kleine groenten.
Kaas en delicatessen.
Kip en specialiteiten, w.o. gebraden kip en maaltijden.
Kleding.
Noten en zuidvruchten.
Olijven en verse zachte ( smeer)kaassoorten.
Vis, vers en gebakken.

2018 03 30 16.24.15 Medium

30 maart 2018 Foto: Marktcomissie.

2018 03 30 16.24.25 Medium

30 maart 2018 Foto: Marktcomissie.


2018 03 30 16.25.53 Medium30 maart 2018 Foto: Marktcomissie.


2018 03 30 16.29.39 Medium 1
30 maart 2018 Foto: Marktcomissie.

2018 03 30 16.30.02 Medium
30 maart 2018 Foto: Marktcomissie.

2018 03 30 17.27.58 Medium
30 maart 2018 Foto: Marktcomissie.


2018 03 30 17.28.49 Medium30 maart 2018 Foto: Marktcomissie.

 

2018 03 30 17.28.49 Medium

30 maart 2018 Foto: Marktcomissie.


2018 03 30 17.29.04 Medium
30 maart 2018 Foto: Marktcomissie.

 

2019 Vrijdagmiddag markt op de Markt. jpg 12019 Foto:  Franken. www.frankenondermode.nl

Op 20  december 1919 vierde de Marktvereniging het tweede lustrum en het eeuwfeest welke in 2007 bij het samenvoegen van de diverse kernen tot de gemeente Bronckhorst er niet meer van gekomen is.
2019 12 06 Alice Rouwhorst2019-12-06 De vrijdagmiddagmarkt op de Markt voor de Lambertikerk. Foto: Alice Rouwhorst gepubliceerd in het Contact Bronckhorst van 10 december 2019.

 


2023   60 jaar vrijdagmiddag markt in Zelhem.

De eerste Zelhemse vrijdagmiddagmarkt werd gehouden op 4 april 1963 als een vrijdagavondmarkt in de Stationsstraat 

Op 7 april 2023 is het 60 jarige bestaan van de markt.

Weekmarkt Zelhem viert 60ste verjaardag -Contact Bronckhorst

 

Vishandel Hendriksen  was standhouder van het eerste uur van de vrijdagmarkt in Zelhem, het was vishandelaar Hendriksen die opmerkte dat vrijdag 4 april 1963 de eerste weekmarkt in Zelhem werd gehouden, alweer 60 jaar geleden. “Daar moest wel wat voor geregeld worden”, vertelt Anton van Ingen, voorzitter van de Marktvereniging Hengelo en Zelhem. Dat lukte. “Goede vrijdag 7 april is de feestelijke marktdag, waarin dat gevierd wordt.”

Door Liesbeth Spaansen

Het Marktwezen heeft een rijke historie. Eigenlijk ontstond de weekmarkt in 1963 met goederen, voedsel en andere waren vanuit de veemarkten. “Alle producten van de landbouw gingen naar de markt om te worden verkocht.”

Op de website oudzelhem.eu is de geschiedenis van de markten terug te vinden. De Zelhemse veemarkt dateert van 6 maart 1907, er was een vereniging tot Bevordering van het Marktwezen. Op deze veemarkt rondom de Lambertikerk werden koeien, varkens, pluimvee en geiten verhandeld. “De paardenmarkt mocht alleen in Hengelo worden gehouden”, vult Anton, voorzitter van die Marktvereniging aan. “Ja, er was een verzoek van de gemeente Bronckhorst om de weekmarkt in Hengelo over te nemen. Dat was 2009. Dat heeft een aantal bestuursleden gedaan. Drie weken later kwam ook de vraag voor overname van de weekmarkt in Zelhem. De beide markten zijn nu op vrijdagmiddag van 13.30 tot 18.00 uur.”

De eerste plek voor de nieuwe vrijdagavondmarkt was na overleg aan de Stationsstraat. Er werden kramen gemaakt, die elke week moesten worden opgezet, afgebroken en opgeslagen. In de loop der tijd werd de aanvang van de markt vervroegd, evenals de eindtijd, naar de middag. Vanwege de ruimte werd de markt in 1983 verplaatst naar het Stationsplein bij de Kerkweg. De afstand tot het dorp was echter te ver. Daarom werd er ruimte gemaakt bij De Brink. Nu is er al jaren markt op de Markt, tegenover de Lambertikerk en langs de horeca en winkels. “Een plek waar veel mensen komen, daar willen de marktkooplieden graag staan”, weet Anton. “Als er markt is, zitten de terrassen vol. Dan nemen de mensen een kopje koffie bij de horeca. Het is een wederzijdse win-winsituatie.”

Jan van Bussel, die wekelijks de marktfolder met aanbiedingen maakt en verspreidt, heeft om het 60-jarig jubileum te vieren een jubileumfolder gemaakt. “Als Marktvereniging hebben we die middag ook een kraam. We bieden iedereen koffie of thee aan en de ‘markttas’ met de tekst: ‘Hiervoor ga je naar de markt! Ze kunnen met deze tas bij de marktkramen een verrassing halen. Bij iedere standhouder zal dat iets anders zijn. Lees ook :www.marktvereniging.nl

 


 

Ongeval

Ongeval van Dr. Gerritsen op de Doetinchemseweg
Krantenartikel uit collectie Gerard Bruil

 

Ongeval

Ongeval op de Doetinchemseweg
Krantenartikel uit collectie Gerard Bruil

 

Ongeval

Ongeval op de Doetinchemseweg
Krantenartikel uit collectie Gerard Bruil

 

Ongeval

De gecrashte vrachtwagen van transportbedijf M.J. Reindsen op de Doetinchemseweg
Krantenartikel uit collectie Gerard Bruil

 

Ongeval

Ongeval op de Ruurlosewegseweg
Krantenartikel uit collectie Gerard Bruil

 

 

Bron:  
Artikel door:  H. Jonas

 

Milano

Afbeelding uit collectie Freddie Wolsink

 

In 2006 is het 25 jaar geleden dat Roozegaarde’s eigen piratenzender Radio Milano definitief uit de lucht ging. De zender geldt nog steeds als een legende in piratenland. Van ’77 tot ’81 zonden Roozegaarde en zijn mannen uit, maar in die relatief korte periode, wisten ze een grote stempel op de piratenwereld te drukken. Niet alleen door het enorme bereik van de zender, die tot in vele omliggende landen te horen was, maar ook vanwege de professionaliteit die Radio Milano uitstraalde. Als één van de eerste piratenzenders maakten de heren gebruik van jingle’s met de stemmen van bekende artiesten en deze waren ook regelmatig te gast in de studio. 

Radio Milano kreeg drie keer bezoek van de politie en de Radio Controle Dienst, maar de zender werd nooit gevonden. De laatste keer kwamen naar schatting 3.000 mensen protesteren en moesten er ME-ers worden ingezet om de meute in bedwang te houden. Kort daarna besloot Roozegaarde te stoppen. Niet vanwege de invallen, maar vanwege het feit dat ik een vrouw, familie en twee kinderen had. Dan moet je op een gegeven moment je verantwoordelijkheid nemen. De zender en de enorme luisterschare waren ons boven ons hoofd gegroeid

Een grote zender maken, is geen kunst, er eentje zo verbergen dat ie zelfs met professionele apparatuur niet te vinden is, wél. Achteraf is het misschien helemaal niet zo slecht geweest dat we destijds uit de lucht zijn gegaan. Nu zijn we een legende! Maar Roozegaarde heeft de piratenmuziek nooit helemaal los kunnen laten. Roozegaarde merkt dat het Nederlandstalige lied ook in zijn regio een steeds grotere populariteit krijgt. Er zijn hier in de regio nog steeds relatief veel piraten actief, alhoewel ik wel vermoed dat het er in de noordelijke provincies meer zijn. De politie is hier wat actiever dan daar. Ik wil echt niet mensen oproepen om meteen ook een piratenzender te beginnen, maar volgens mij is de markt momenteel erg groot. Er wordt nog steeds ontzettend veel geluisterd naar regiomuziek. Zelf luister ik ook nog wel eens naar een zender als ik in de auto zit. Dan pak ik altijd de sterkste zender, ha ha!

 

Milano

Afbeelding uit collectie Freddie Wolsink

 

Artikel door:

 H. Jonas, aangepast door H.M. Somsen.


De museumboerderij Smedekinck, het onderkomen van de Oudheidkundige Vereniging Salehem. Pluimersdijk 5

 Lees: https://www.salehem.nl/


 reuterink 03Boerderijmuseum Smedekinck van de Oudheidkundige Vereniging Salehem aan de Pluimersdijk 5 in Zelhem

 
   www.oudzelhem.eu
Artikel door:  H. Jonas en H.M. Somsen

 

mooimaken 1959 1

De vrouwen maken de roosjes, opname uit 1959

Foto: uit collectie Willem Hartemink

mooimaken 1959 1

De mannen zijn klaar met het zetten van de bomen, opname uit 1959

Foto: uit collectie Willem Hartemink

mooimaken 1959

Tijd voor de borrel, opname uit 1959

Foto: uit collectie Willem Hartemink

 

De museumboerderij in boerderij Brugginck

Locatie in 2005: Heidenhoekweg 7


 

Oudheidkundige Salehem1
Museumboerderij "Erve Tenk"

Oudheidkundige vereniging Salehem

 

De Museumboerderij bij boerderij Brugginck, onder beheer van de Oudheidkundige Vereniging Salehem, is ingericht als "los hoes", en werd door burgemeester Theo Heere heropend op 1 juni 1995. Het boerenmuseum herbergt een permanentte tentoonstelling van oude landbouwwerktuigen en boerengereedschappen, een compleet ingerichte boerenkeuken in de vorm van een "los hoes". In het middenstuk zijn steeds wisselende tentoonstellingen.

 

Oudheidkundige Salehem1

De boerenkeuken omstreeks 1920

Oudheidkundige vereniging Salehem

 

Oudheidkundige Salehem1

De bedstee in de woonkeuken

Oudheidkundige vereniging Salehem

 

Het museum bestaat uit twee gedeelten, nl een volledig ingerichte boerenkeuken met o.a. bedsteden, glazenkast, potkachel, oude krantenhangers, een kwispeldoor om bij het tabakspruimen vocht in te mikken, de kakstoel voor de kinderen, wafelijzers uit 1756, een opklaptafel met de Achterhoekse knopstoelen, de meer dan honderd jaar oude koperen ketel aan het haoliezer en de hengselpot voor het koken van het middagmaal.
Een kersenhouten kammenet, met in hoofdzaak, een linnen uitzet zoals een bruid bij haar trouwdag meebracht en door haar zelf was gemaakt. Ook het doodskleed (verhennekleed) mocht niet ontbreken.

 

Oudheidkundige Salehem1

De ploegen

Oudheidkundige vereniging Salehem

 

Het tweede gedeelte ligt voor de keuken en staat vol met voornamelijk oude gebruiksvoorwerpen voor het uitoefenen van het landbouw- en veeteeltbedrijf in vroegere tijden. U kunt hier zien de karploeg, de scheurploeg, de rondgaandeploeg en de wentelploeg.
Verder zijn er de wannemölle voor het schonen van het koren, de hekselmölle om de haver voor de paarden te hakselen en de aloude fornuispot.

 

Oudheidkundige Salehem1

Foto: Oudheidkundige vereniging Zelhem

 

Bron:  www.salehem.nl
Artikel door:  H. Jonas en H.M. Somsen                                         www.oudzelhem.eu
Internet:  https://museumsmedekinck.nl

Museumboerderij Smedekinck in de voormalige boerderij Reuterink.Pluimersdijk 5


  

Museumboerderij

Museum Smedekinck, Pluimersdijk 5, Zelhem

Tijdens de raadsvergadering van 25 november 2004 heeft de Zelhemse gemeenteraad besloten om de voormalige boerderij Reuterink en de omliggende grond voor het symbolische bedrag van 1 euro in erfpacht te geven aan Stichting Erfgoed Museum.

Daarnaast zal de stichting als bruidsschat een bedrag van 55.000 euro meekrijgen, een bedrag van 5 euro per inwoner. De Zelhemse gemeenteraad is van mening dat op deze manier een afscheidscadeau met een zekere eeuwigheidswaarde aan de bevolking wordt gegeven.
Daarnaast worden alle roerende zaken van de gemeente Zelhem die van waarde zijn voor de cultuurhistorie van de gemeente, in bruikleen, te geven aan de Stichting (bijv. gemeentewapen, schilderijen e.d.). De stichting krijgt als taak het beheren van boerderij Reuterink maar ook o.a. het tonen van cultuurhistorische erfgoed, het tonen van landbouwgeschiedenis, en het tonen van de streek geschiedenis, het tonen van het erfgoed van de voormalige gemeente Zelhem zoals vlag, gemeentewapen, archeologische vondsten.

Na de nodige aanpassingen zullen de Oudheidkundige vereniging Salehem en het boerderijmuseum 'Erve Tenk' hier hun onderdak vinden. 

Op zaterdag 31 maart 2007 is het geheel gerestaureerde Museumboerderij Smedekinck geopend, meer informatie op hun website www.museumsmedekinck.nl

Museumboerderij

Foto: 6 april 2005 door Eef Oosterink

Museumboerderij

Op 6 april 2005 is de overdracht van Reutering naar St Erfgoed Museum, 
links notaris Pera en rechts burgemeester van der Wende.

Foto: 6 april 2005 door Eef Oosterink

Museumboerderij

Foto: 6 april 2005 door Eef Oosterink

Museum Smedekinck

Boerderij Smedekinck werd al in 1341 genoemd als leengoed van het door Ludger gestichte klooster in Werden (Duitsland). De prachtig gerestaureerde boerderij en haar schuren bieden sinds 2007 plaats aan een permanente collectie, voordurend wisselende exposities en themadagen. U krijgt inzicht in de ontstaansgeschiedenis en leefwijze van de Zelhemmers door de eeuwen heen. Het museum is tevens trouwlocatie.

Alle tentoonstellingsruimten zijn op de begane grond en toegankelijk voor rolstoelgebruikers. Het museum is voorzien van invalidentoiletten.

pluimersdijk5 smedek schuren 2012 dales2012 museumschuur. Foto: G. Dales

de museum schuur 
De schure is gevestigd in de voormalige ligboxenstal. Hier zijn verschillende exposities ingericht met aandacht voor oude ambachten en beroepen uit het begin van de vorige eeuw. In het oog springen een historische kruidenierswinkel, een dierenartspraktijk en een slagerswinkel.  Er worden regelmatig oude ambachten gedemonstreerd.

De werkgroep d'Olde Roop demonstreert zowel het maken als het blazen van de midwinterhoorn.

Ontmoeten bewaren en beleven

De ontvangsruimte is mulitifunctioneel en wordt gebruikt als restauratie en expositieruimte. Hier zijn koffie, thee, ijs etc. verkrijgbaar. Deze biedt plaats aan ca. 80 personen. Tevens beschikt het museum over een terras in de kruidentuin.

In de kruidentuin staan keukenkruiden, planten met medicinale en homeopatische werking en Bijbelse planten. Sommige planten zijn geschikt als verfplant. In totaal staan er meer dan 150 soorten waar ook veel soorten vlinders en bijen op af komen.

Bij de kruidentuin vindt u ook historische landbouwgewassen en een boomgaard met oude fruitrassen.

Diverse producten uit de kruidentuin zijn te koop in de museumwinkel.

pluimersdijk5 smedek kruident 2012 dales
2012 De kruidentuin bij museum Smedekinck. foto. G. Dales

Het Ludgerkerkje is een zo getrouw mogelijke reconstructie van de kapel, die in 801, door Ludger werd gesticht. Missionaris Ludger predikte in die periode het christendom in de Achterhoek. De oorspronkelijke kapel stond op de plek van de huidige grote kerk in het centrum van Zelhem. Deze werd gewijd aan Lambertus, vandaar de naam Lambertikerk. Het Ludgerkerkje is een archeologisch, historisch monument en vormt het hart van het Ludgercentrum. Het is een bijzondere plek voor bezinning en culturele beleving.

Het Ludgerkerje staat nu bij museum Smedekinck. De galerij toont foto's uit diverse jaren, waaronder de verhuizing naar museum Smedekinck in 2013.

In de karloods staan gereedschappen en  landbouwwerktuigen voor het bewerken van het bouw- en grasland, van grondbewerking tot en met de oogst. Deze waren tot de zestiger jaren van de vorige eeuw bij boeren in de Achterhoek op het gemengde bedrijf in gebruik.

In de entree is ook de museumwinkel gevestigd. Hier zijn diverse leuke artikelen en natuurproducten uit de eigen kruidentuin te koop.

Bij een authentiek boerenbedrijf hoort ook een bijenstal. Hier is het werk van de bezige bij in vitrines en showkasten te bewonderen. De imker geeft ook regelmatig demonstraties.

Download hier de folder van het museum.

 

Oudheidkamer bij fam. Wim van Keulen

Locatie in 2005: ?, opgeheven


 

Op woensdag 29 juni 1977 werd de oudheidkamer officieel geopend door burgemeester G.J. van Hout. In zijn openingstoespraak zei hij te hopen, dat de Oudheidkundige Vereniging Salehem spoedig een permanent onderkomen zou weten te vinden. De oudheidkamer was in de maand juli open op elke dinsdag en donderdag. In deze oudheidkamer ten huize van de fam. van Keulen werd een overzicht van oude en minder oude gebruiksvoorwerpen uit het boerenbedrijf tentoongesteld. De meeste voorwerpen waren merendeels in bruikleen afgestaan. Enkele bijzondere voorwerpen waren: een oude kinderwagen en een compleet ingerichte boerenkeuken.

 

Oudheidkundige Salehem2

Oudheidkamer bij fam. W. van Keulen

Foto: uit Kronyck

 

Subcategorieën