De heer Bertram had na zijn Mulo-opleiding graag een landbouwkundige studie willen volgen, maar het zat er niet aan. Het gezin van de oude heer Bertram, die opvoedend ambtenaar op de Kruisberg was, bestond immers uit zeven kinderen. Daarom trad de in Avereest geboren Marinus maar in dienst van de heer F. Kopmels in Doetinchem, die hem de kneepjes van het horlogevak leerde.
In 1931 verhuisde hij naar Zelhem waar hij in een kamer bij drogisterij E.W. Oosterink aan de Stationsstraat voor zichzelf begon. En hij had het gelijk zo druk, dat van verder studeren niets meer kwam. Maar Marinus tilde er toen niet zo zwaar aan, want een horlogemakerdiploma was destijds, in tegenstelling tot nu, geen vereiste. In 1930 behaalde hij wel zijn opticiendiploma. Vlak voor de oorlog verhuisde hij met zijn vrouw, met wie hij in 1936 trouwde, naar de woning van de weduwe Van Zadelhoff. Haar telefoonkantoor werd omgebouwd tot winkel. Mevr. Bertram bediende de klanten, terwijl haar man zich met de reparaties bemoeide. Het kwam wel eens voor, dat hij de hele nacht moest doorwerken. Bijvoorbeeld in de oorlog toen hij zelf zijn onderdelen maakte.
Dhr. Bertram was ook in zijn vrije tijd een druk baasje. Veel activiteiten vroegen zijn aandacht. Zo was hij bijvoorbeeld lid van het mannenkoor. Ook was hij voorzitter van de kleuterschool Prinses Marijke en zat hij in het bestuur van de Middenstandsvereniging, waarvan hij ook nog voorzitter was. In totaal is dhr. M. Bertram 40 jaar horlogemaker geweest. In november 1970 is hij gestopt en verhuist naar Cosmeastraat 8. De winkel werd toen overgenomen door dhr. G.J. Burghardt.
|