Burgemeester Jan Gijseweenink (Gijse Weenink) | Stichting Oud Zelhem | ||
Artikel door: | H. Jonas en H.M. Somsen | ||
Naam: | Jan Gijseweenink (Gijse Weenink) | ||
In functie: | 1879 - 1894 | ||
Geboorteplaats: | Zutphen | Datum: | 14-06-1828 |
Overleden te: | Zelhem | Datum: | 28-10-1894 |
Vader: | Filppus Johannes Weenink | Moeder: | Jenneken Sophia Gijse |
Gehuwd met: | Wijmptjen van Voorst | ||
Geboortedatum: | Leeuwarden, 10-10-1835 | ||
Trouwdatum: | 21-05-1857 | Plaats: | Schoterland (Friesland) |
Kinderen: | Christina Johanna Abigaël | Geboren/Overleden: | ± 1860 |
Jenneken Sophia | ± 1861 | ||
Antonia Reijna | ± 1867 | ||
Willem | |||
Filippus Johannes | ± 1858/27-09-1884 | ||
Heeft gewoond aan: | Gemeentehuis Koestraat/ Burgem. Rijpstrastraat |
Krantenartikel uit Het nieuws van den dag 31-10-1894
foto uit 1881, dochter Antonia Reijna, later in 1889 gehuwd met te Veldhuis. Foto van mevr. J. Knaake |
zoon Willem Gijseweenink |
Burgemeester Gijseweenink was een ordelievend persoon. Hij was een deftig heer, die immer getooid was met hoge hoed. Bij de blijde inkomst in 1879 hadden de inwoners van het dorp een erepoort opgericht aan het begin van de Smidsstraat. Eén van de notabelen uit het dorp zou de burgemeester daar welkom heten en een feestrede uitspreken. Natuurlijk zijn de kinderen present; één van hen is zelfs in de boog geklommen om alles beter te kunnen zien. Bij nadering van de edelachtbare ontbloot men eerbiedig het hoofd, ook de feestredenaar. Dat moest wel, want hij had de rede in zijn pet. Het waaide wat, en zodoende raakt zijn toespraak zoek. Plotseling ontdekt vader zoonlief boven in de boog. Hij roept: Komt dér uut, bengel, d'r bunt al benauwdigheden genog.