Oosterwijkweg 1 - Gegevens
-
Huidige benaming:
Gielink
Oudste vermelding:
1553 (Markeboek)
Oude benaming boerderij:Gielink (1553,1643)
Gijllinck (1616-1618)
Gijlinck (1629)
Gilink
Gielink (1829)Behoorde tot de:
Dunsborger Hattemer Marke
Aantal stemmen in de Marke:
1 waar (1553, 1643)
1 stem (1810, 1820, 1858)Broodlevering:
rust de plicht op om 1 brood te leveren bij de Muldersfluite
- Huidig adres: Oosterwijkweg 1 en 1a
- Staat in: Oosterwijk
- Kadaster 1822: .
- Eigenaar: Jan Wassink mede eigenaar in het gemeen, landbouwer
- Woonplaats: Zelhem
-
Kadasternummer(s):
M 49 heide eigenaar: Dunsborger en Hattemer Marke (huidige bouwplaats)
M 122 heide
M 123 bouwland
M 124 huis en erf
M 125 bouwland
M 125 bouwlandDetail uit kadastrale kaart van 1822 (L.C. Machen)
2023 Luchtfoto Google
-
(E)igenaars - (P)achters:
(E)
1632: Lambert ten Broeke (Markeboek)
(E)
1646: Engelbert Bloemendael (Kreynck)
(E)
1744: De Hr. Burgerm. Verheul (Markeboek)
(E)
1820: de Heer Beeftink (Markeboek)
(E)
1822: Jan Wassink (Kadaster)
(E)
1829: J. Wassink C.S. (Markeboek)
(E)
1832: H. Becking (Markeboek)
(E)
1834: Hendrik Jan Smeenk (Markeboek)
(E)
1846: D. Radstake (Markeboek)
(E)
1858: D. Loman (Markeboek)
-
Bevolkingsregister en huisnummers vanaf 1829:
1829: 309 Joost Bosboom en Aaltjen Wassink 1840-1847: F26nw - - Harmen Jan Klomp en Anna Maria Klotz
Gerhardus Peters en Alberdina GarritsenF26 - F26 Derk Bleumink en Willemina Janssen
Derk Wentink en Hendrika Radstake1848-1850: F26 -F23 D. Wentink † en H. Radstake
D. Bleumink en W. Janssen1851-1860: F23 - F25 wed. Hendrika Radstake van D. Wentink 1861-1870: F25 - F32 Gart Jan Wesselink en Frederika Hendriksen 1871-1880: F33 - F33 G. J. Wesselink en F. Hendriksen
Jan Oosterink en Derksen Looman1881-1900: F33 - F31/- J. Oosterink en D. Looman vertr.
wed. Maria Johanna Berenpas vertrekt.
Berend Bensink en Antonia Johanna Lebbink1901-1924: F31 - F34 Garrit Jan Maalderink en Garritje Buunk vertr.
Derk Hendrik Maalderink en Grada Johanna Wolsink
Lammert Looman en Elsken Harmsen1925-1939: F34 - F37 - F44 L. Looman en E. Harmsen 1940-1964: F44 L. Looman †1942 en E. Harmsen Hendrik Willem Smeitink en dr. Grada Hendrika Looman
1965-0000: Oosterwijkweg 1/1a Wed. E Harmsen †1986 H.W. Smeitink †2008 en G.H. Looman †2010
zn. H.W. Smeitink †2009 en Gerdina Alberta (Erna) Weenk2014-0000: Oosterwijkweg 1/1a Wed. G.A. Smeitink-Weenk †2013 Henry Smeitink en Anneke de Greef
-
Veldnamen:
Boerderij en Veldnamen Zelhem. blz: 47 en blz 79, 03/7Gielink
Gielinkskamp
Gielinkweg -
Opmerking:
Verpondingsregister 1646-1650 in 't Rigterambt Zelhem, door Gerhardt Kreynck:
68-3-10-10-Gijlinck, Engelbert Bloemendael.
Huys ende hof 1½ sch. boulant 7½ mlr. 3e gerve
Weydelant 1 beest.
Geltpacht 3 daalder, voor een vercken 4 daalder,
Beswaert met 5 sch. Rog ende 5 sch. Boeckweit an Jonker Munster
idem 1 sch Woltrogge, 1 hoen an de Lantschap ende 12½ st. to thinse
De bouman betaelt den uitganck alleen Holtgewas.Veldnamen:
Gielink
Gielinkskamp
GielinkwegOpmerking:
Verband van de goederen Gilink, Oosterink, en Smekink voor een somma
van 4000 gulden, door d´erfgenamen Bloemendaal aan dominee Anthonius
Hoppenbrouwer 18 nov. 1686
reg. 31 mei 1697. Geroijeert 19 nov. 1700.Verband vant erve Gijlink neffens den Plattenborg onder Digteren, voor
een somma van 2500 gulden door den volmagtiger van vrouw Verhuel
aen mevr. van Munster 22 jun. 1719
Geroijeert den 10 jun. 1721Bronnen:
Markeboek Dunsborger Hattemer Marke, 1553-1810 (transcriptie A. Menkveld/J. Renema): blz 5 (1553, waar), blz 32 (1632, eigenaar), blz 46 (1643, waar), blz 100 (1744, eigenaar)
Markeboek Dunsborger Hattemer Marke, 1810-1847 (transcriptie A. Menkveld/J. Renema): blz 4 en 5 (1810, stem en broodlevering), blz 25 (1820, eigenaar en stem), blz 100 (1829, eigenaar), blz 121 (1832, eigenaar), blz 131 (1834, eigenaar), blz 142 (1846, eigenaar), blz 152 (1846, broodlevering), blz 159 (1858, stem en eigenaar)
ORA Landdrostambt Zutphen
Protocol van opdrachten, kentenissen, pandschappen, alsmede renteverschrijvingen
Periode 1696-1805
Boerderij- en veldnamen in Zelhem: blz 47 en blz 79, 03/7
Genealogiedomein (ECAL),pondschatting 1616-1618 en 1629, transcriptie van A. Lettink en Maatman
Hendrik Smeitink dood?
Een verhaal uit 1995 door W.J.M. Hermans. Foto’s: H.M. Somsen
Dit verhaal is eerder weergegeven op: www.oudhengelo.nl/oorlogverhalen
In de begindagen van de oorlog werd gemeld dat Hendrik Willem Smeitink gestorven was. Hij zou bij de Grebbeberg gesneuveld zijn en begraven in Rhenen. In de overlijdensadvertentie stond: "Gevallen voor het vaderland, Hendrik Willem Smeitink, 27 jaar oud".
Maar Hendrik was niet gesneuveld, hij bleek springlevend. Hier is zijn verhaal.In september werd het Nederlandse leger gemobiliseerd. In september 1939 moest de Bekveldse boerenzoon, zeven jaar na zijn diensttijd, weer onder de wapenen. Na een kort verblijf in Arnhem werd hij met zijn maten van de tweede compagnie van het achtste infanterieregiment ingekwartierd in een leegstaande woning op de Grebbeberg. Twintig man op de begane grond, twintig man op de bovenverdieping.
Foto Grebbeberg.
Al op de eerste dag na de inval op 10 mei 1940 doorbraken de Duitsers de IJssellinie. "Toen dat bericht kwam, dacht ik, nou zijn we er geweest", zei Smeitink. Vrijdagnacht begon de strijd om de Grebbeberg en zaterdagmorgen om elf uur was de eerste militair van Smeitinks peloton gestorven, getroffen door een granaatscherf.
Smeitink zelf moest die avond voor de inval op wacht. Er kwam 800 man versterking uit Nijmegen en in de drukte verloor de Bekvelder het contact met zijn compagnie. Zondag 12 mei, Eerste Pinksterdag, vond hij twee makkers terug in een lignest, een kuil die ongeveer een meter onder de grond uitgegraven was. In dit lignest bleef Smeitink tot Tweede Pinksterdag, 10 uur 's morgens. Toen liepen de Duitsers over hen heen.
Foto 'De Duitsers in opmars'.
Nadat een officier in de schuilkelder gedood was door een granaat werden de dekkingzoekende militairen tot overgave gedwongen. De eersten die de schuilplaats verlieten werden doodgeschoten omdat ze met hun geweer in de hand naar buiten kwamen. Smeitink: "We moesten ons overgeven, maar we hadden nooit geleerd hoe dat moest".
Er waren toen al veel soldaten gedood. "Ik heb toen mijn jas daar bij de gesneuvelden neergegooid. Mijn zakboekje en portefeuille zaten er nog in. En zo is het eigenlijk gekomen".
De jas werd later gevonden door een veldprediker, een zoon van de toenmalige Vordense predikant. Deze waarschuwde zijn vade, die op zijn beurt de dominee in Hengelo op de hoogte stelde van het overlijden van Hendrik Smeitink. Op de schouders van dominee Barbas rustte de taak de ouders in te lichten.1950 Boerderij De Kleine Holte.
Toen brak een periode van rouw aan in boerderij Klein Holte, waar de familie woonde. In de krant werd melding gemaakt van de heldhaftige dood van Hendrik en zijn overlijdensadvertentie werd geplaatst.Overlijdens advertentie Hendrik Smeitink
De Hengeloër was intussen krijgsgevangen gemaakt en afgevoerd naar een boerderij in de buurt van Wageningen. Vandaar uit werd verder gemarcheerd via Wolfheze naar de Arnhemse Coehoornkazerne. Daags erna werd een groep krijgsgevangenen, onder wie de overgebleven manschappen van de tweede compagnie, op mars naar Zevenaar gezet.13 mei 1940 Krijgsgevangen militairen naar Zevenaar.
"We hebben kansen zat gehad om weg te komen", zei Smeitink hierover, "maar de kapitein was aansprakelijk gesteld voor de achterblijvers". Tijdens de tocht naar Zevenaar werden de gevangenen goed gesteund door de bevolking. "De mensen stonden met weckflessen met inhoud, brood en kaas langs de weg".
In Zevenaar werd de groep op transport gesteld naar Duitsland. "Acht dagen in een grote tent, slapen in het gras in de vrieskou. Maar het eten was nog aardig goed", aldus Smeitink.Kamptekening Neu Brandenburg.
Van hieraf ging men tijdens een anderhalve dag durende treinreis naar Neu Brandenburg. "Een heel groot barakkenkamp,ik weet het nog precies. Wij zaten in barak 27. Een verschrikkelijke tijd, maar de Polen en Fransen die hier ondergebracht waren, hadden het nog veel erger. We mochten met de compagnie wat gaan wandelen. Het was er nogal heuvelachtig en op het laatst waren we zo slap geworden dat we daar ook niet meer toe kwamen, zo weinig hadden we te eten.
Plotseling kwam begin juni het bericht dat we naar huis mochten. Het was de gelukkigste dag van mijn leven."
In Almelo was het eerste wat Hendrik deed naar de verbaasde schoolmeester Van Beek bellen, die de familie van het ongelooflijke nieuws op de hoogte bracht.
Een dag later reisde de 'gesneuvelde militair' met de trein naar Zutphen om daar de bus naar Hengelo te nemen. Maar er reed geen bus meer. Bij het Zutphense station zag hij een bekende veehandelaar, Weijl, die van verbazing bijna omviel, omdat hij ook het bericht over de gesneuvelde Hendrik vernomen had. Met een van Weijl geleende fiets kwam Hendrik thuis. De verloren zoon was weergekeerd en dat werd uiteraard groots gevierd.Hendrik Smeitink De Gelderlander met het artikel.
"Het eerste halfjaar kreeg ik ontzettend veel reacties als de mensen je zagen op straat. Veel mensen hebben die krant nog bewaard. Sindsdien noemden de mensen mij vaak "Dooie Smeitink"Burgemeester Hoogstraten komt feliciteren.
Hendrik Smeitink verhuisde in 1943 naar de gemeente Zelhem (nu Oosterwijkweg), waar hij inmiddels is overleden. In de oorlog heeft hij nog meer meegemaakt. Vooral toen ene Jongeling uit Zwolle, een zoon van een politieagent die in het verzet zat, bij hem was ondergedoken.Boerderij Gielink in Zelhem waar Smeitink ging wonen
Jongeling werd ondanks zoekacties van de Duitsers niet gevonden. Hij ging later naar Aalten. Hendrik Smeitink heeft hiervoor wel zes weken vastgezeten in de Waterlookazerne in Amersfoort.
Hendrik Smeitink groeide op, op boerderij de Kleine Holte aan de Hogenkampweg 16.
Lees op onderstaande link over zijn geboortehuis.Artikel geplaatst door: H.M. Somsen, juni 2023