Halifax TL-T ‘for Tommy’ crasht in Zelhem in de nacht van 11 op 12 juni 1943 om 1.55 uur.

Uit het boek VERMIST BOVEN DE ACHTERHOEK van Wim en Peter Rhebergen.

Vrijdag11 juni 1943. Op Graveley, de basis van 35 ( Madras Presidency ) Squadron, gonsde het zoals gewoonlijk onder de Pathfinder vliegers al sinds de vroege morgen van de speculaties. Zouden ze de komende nacht al of niet betrokken zijn bij een aanvalsvlucht, en zo ja, welke? Om half elf kwam eindelijk het verlossende bericht binnen, Operators On. Het squadron geen deel uitmaken van een indrukwekkende strijdmacht, zo zou blijken, met als voornaamste doelen de steden Dusseldorf en Munster.

Vliegbasis 005 halifaxVliegbasis 005 halifax.


35 Squadron ressorterende onder 8 Group, behoorde sinds augustus 1942 tot de PFF ( Pathfinder Force ) en was als vliegeenheid reeds voor de Eerste Wereldoorlog opgericht, toen nog deel uitmakende van het Royal Flying Corps.De naam Madras Presidency droeg het Squadron uit erkentelijkheid voor de financiële steun die de maharadja van Madras had verleend aan de uitrusting van de bommenwerpereenheid. In 1919 werd het squadron ontbonden, om tien jaar later opnieuw in het leven te worden geroepen als bommenwerpers eenheid. Het kreeg in november 1940 van Bomber Command tot taak de nieuwe viermotorige Handley-Page Halifaxes bij de actieve dienst te introduceren. De eerste operationele missie vond plaats tijdens de nacht van 10 op 11 maart 1941, toen zes Halifaxes samen met acht Blenheims de Franse havenstad, Le Havre, tot doel hadden. Ofschoon bij deze raid geen enkele machine verloren ging, eindigde de voor de vliegannalen gedenkwaardige vlucht met een tragisch incident. Per vergissing werd een van de terugkerende Halifax bommenwerpers door een RAF jager boven het graafschap Surrey neergeschoten. Slecht twee inzittenden, de vlieger en een ander bemanningslid overleefden de ramp. In de daarop volgende periode werd 35 Squadron regelmatig betrokken bij luchtaanvallen op Duitsland en het bezette Frankrijk.In de nacht van 18 op 19 augustus 1942 maakten Halifaxes van 35 Squadron deel uit van een groep van eenendertig Pathfinder toestellen, die voor het eerst als zodanig betrokken waren bij een aanval op de Duitse havenstad Flensburg in Schleswig-Holstein. De vliegtuigen werden echter door een plotseling opstekende storm uit hun koers gedreven en kwamen boven Denemarken terecht. En hoewel later meer dan de helft van de Pathfinder en bommenwerperbemanningen claimden het juiste doel te hebben bestookt, rapporteerden de autoriteiten van Flensburg dat de stad in het geheel niet was getroffen. Daarentegen waren er meldingen van bombardementen op twee Deense steden en hun wijde omgeving, veertig kilometer ten Noorden van het eigenlijke doel. Vele honderden huizen werden verwoest of beschadigd en vier Deense burgers bleken te zijn gewond.

Bemanning 12 06 1943 Halifax Pluimersdijk
De bemanning van de halifax op 12-06-1943 . In het midden Stanley Howe.


NAAR MUNSTER MET H2S.

De 28 jarige piloot, Flight Lieutenant Stanley George Howe riep zijn bemanning bijeen, teneinde het nog resterende deel van deze vrijdagochtend te besteden aan een testvlucht met hun Halifax TL-T ‘for Tommy’ een machine van de versieMk II Series IA. Het was gebruikelijk dat aan elke operationele missie een dergelijke test voorafging. Alles bleek naar behoren te functioneren en na een vlucht van 45 minuten, welke naar ieders wens verliep, zette Stan Howe de machine weer op Graveley aan de grond.Howe, getrouwd en vader van twee kinderen, had reeds 35 vluchten volbracht, terwijl hij voor zijn verdiensten als RAF vrijwilliger was onderscheiden met het Distinguished Flying Cross. Na de lunch werd de beschikbare vrije tijd op verschillende manieren doorgebracht. Commandant Howe hield zich in gezelschap van zijn navigator Wilfred. Henry Burgess en bommenrichter George. Peter Watts onledig met een partijtje tafeltennis.
De uit Bristol afkomstige Burgess meldde zich in mei 1940 bij de RAF en had sindsdien 34 vluchten gemaakt. Watts begon zijn carrière als beroepsvlieger bij de luchtmacht al in september 1932. Alle drie de officieren hadden ervaring opgedaan met diverse typen vliegtuigen, waaronder de Hampden, de Blenheim en de Whitley. De overige leden van Howes crew waren boordwerktuigkundige Alan Henry Mundy, radiotelegrafist Hector. Alfred Jamieson, Rugkoepelschutter Frederick. William Barry en staartschutter George, Jock, Buchan afkomstig uit het Schotse Forfar, die al 47 missies op zijn naam had.

 bemanning Halifax

De bemanning van de Halifax bommenwerper vlnr: F. W. Barry, Hektor A. Jamieson, Wilfred H. Burgess, Stanley George Howe, George Buchan A. H. Mundy en G. Peter Watts
Foto uit het boek "Vermist boven de Achterhoek" van Wim en Peter Rhebergen.

Toen de traditionele ‘tea’ achter de rug was, vernamen de mannen in de briefing room van hun squadroncommandant, aan de hand van de laatste door Bomber Command verstrekte instructies, hun bevelen voor de komende nacht. Voor 16 toestellen van 35 Squadron zou Munster het doel zijn. De bemanning van de T for Tommy ontving opdracht om samen met enkele andere Halifaxes de aanval te openen. Een aanval die zou worden ondernemen door in totaal 72 vliegtuigen, bommenwerpers en Pathfinder. De laatstgenoemde zouden niet alleen met fakkels het doel markeren, maar ook deelnemen aan het bombardement zelf. Alle toestellen waren uitgerust met het gloednieuwe H2S- radarsysteem, dat tijdens deze missie massaal op zijn waarde moest worden getest. Speciaal daarvoor was Munster tot aanvalsobject gekozen, aangezien de karakteristieke omtrekken van de tamelijk geïsoleerd gelegen stad duidelijk op de kleine radarbeeldschermen aan boord te zien moesten zijn.
Vervolgens werden de bemanningen door een aantal officieren geïnformeerd over zaken als de te verwachten Duitse tegenstand, het weer, de vereiste vlieghoogte, de bommenladingen en de aanvalstactiek.De Squadroncommandant sloot daarop de briefing af en wenste iedereen succes toe. Zoals altijd werd er druk nagepraat, Howe, Burgess en Watts bespraken het vluchtplan tot in de kleinste details. Hun Pathfinder zou, behalve een klein aantal zware bommen, worden geladen met hoofdzakelijk rode doelmarkeerders, die moesten worden uitgeworpen zodra het doel op het scherm van de H2S apparatuur identificeerbaar was. Daarna diende hun Halifax in het aanvalsgebied te blijven om te controleren of de door de hoofdmacht uitgeworpen bommen op de juiste plaats terecht kwamen. Mocht dit niet het geval zijn, dan moest met correctie markeerders worden getracht een hernieuwde aanvalsrun te laten slagen. Nadat het avondeten was gedaan, haalden de nu in vliegerkleding gestoken bemanningen hun zwemvest, parachute en andere uitrustingstukken op en stapten in de gereedstaande auto’s voor de gebruikelijke rit naar de bommenwerpers elders op het veld. Het spel ging weer beginnen.

SUPERIEURE VIJAND.

Na om 23.15 uur te zijn opgestegen maakte de Halifax een wijde bocht en passeerde even later op een hoogte van 8000 voet ( ruim 2400 m ) de vliegbasis Graveley op weg naar het rendez-vous.

 Burgerss

Navigator Wilfred H. Burgess


Navigator Burgess die ook deze keer niet had gebroken met zijn gewoonte om voor elke aanvalsvlucht zijn vrouw Beatrice een afscheidsbrief te schrijven, had na de controleprocedure die aan de start was voorafgegaan, zijn vaste plaats in de neus achter de bommenrichter ingenomen. Hij keek op zijn kaartentafel en wierp door een van de raampjes een blik naar buiten. Het was een prachtig heldere nacht met slechts enige lichte bewolking. Toen de Pathfinder de Engelse kust naderde werden de navigatielichten gedoofd en de binnenverlichting tot een minimum beperkt. Om te komen tot de vereiste operationele hoogte van 18500 voet, bijna 5650 m, bleek het noodzakelijk te zijn dat bommenrichter Watts het vliegtuig van twee 1000 ponds bommen ontdeed. Als nutteloze ballast verdwenen de projectielen in het zwarte oppervlak van de zee. De eerste vijandelijke verdedigingslinie van luchtdoelstellingen achter de Nederlandse kust werd zonder al te veel moeilijke manoeuvres gepasseerd. Terwijl de Halifax steeds dieper het rijk van de Duitse nachtjacht binnendrong, trachtte Howe, met naast hem boordwerktuigkundige Mundy als tweede piloot, door herhaaldelijke kleine koerscorrecties de vijandelijke radar te misleiden. Plotseling kraakte de intercom en een van de bemanningsleden meldde dat op enige afstand beneden hen uit de tegenovergestelde richting een tweemotorig vliegtuig naderde. Een Messerschmitt Bf110. Juist op het moment dat Howe van navigator Burgess een nieuwe koerswijziging doorkreeg, klonk in zijn koptelefoon scherp de stem van staartschutter Buchan, jager achter, skipper.
Draaien.
Kennelijk was de bommenwerper niet aan de aandacht van de passerende Duitser ontgaan en ging deze nu tot de aanval over.

 

Messerschmitt B110

    

 



Bonin nachtjager piloot

Messerschmitt B110  Eckart Wilhelm von Bonin


 
Deze Messerschmitt Bf 110 werd bestuurd door de 24 jarige Oberleutnant Eckart- Wilhelm von Bonin, van de 6-II/NJG1 = 6de Staffel-2de Gruppe=Nachtjagdgeschwader1 met als basis het vliegveld Sint Truiden in Belgie. Eckart Wilhem von Bonin had aan het eind van de oorlog 37 overwinningen op zijn naam staan en is in 1992 overleden.

Howe maakte een schielijke uitwijkmanoeuvre in een poging te ontsnappen, terwijl Buchan zijn viermachinegeweren liet daveren. Maar het werd al snel duidelijk dat de logge Halifax niet was opgewassen tegen zijn veel snellere en zeer wendbare aanvaller. Die bovendien met zijn vijf machinegeweren en twee 2cm kanonnen in de neus over een superieure bewapening beschikte. De gevolgen waren voor de Halifax dan ook desastreus, een deel van de romp en de zes brandstoftanks in de stuurboordvleugel vlogen in brand en diverse systemen vielen uit, de boordlichten knipperden. Tevens raakte de staartkoepel buiten werking, waarbij het een wonder was dat staartschutter Buchan slecht licht werd verwond aan zijn rechterhand. Howe kon niet anders vaststellen dat zijn Pathfinder verloren was en hij gaf bevel om te springen. Snel gespten de mannen hun parachute om en ontgrendelden de ontsnappingsluiken voor de angstaanjagende sprong in de gapende diepte.

 G.Buchan Staartschutter positie Halifax

                          De staartschutter positie van G.Buchan


GEZWOLLEN VOET.

Navigator Burgess vreesde voor een moment aan de brandende machine te blijven hangen, omdat hij te snel zijn parachute had opengetrokken. Maar die vrees bleek gelukkig ongegrond en na nog even te zijn meegezogen door luchtwervelingen die de andere vliegtuigen veroorzaakten, daalde Burgess zonder mankeren naar de aarde. De Halifax zag hij als een vurig herfstblad naar beneden dwarrelen en vervolgens ontploffen. Het was niet alleen de felle nachtelijke kou die hem deed huiveren. Wat Burgess toen nog niet wist dat het drama zich boven de Achterhoek voltrok. De brokstukken van het toestel stortten neer in een vrij uitgestrekt gebied, grenzend aan de Heidenhoek, tussen de Halseweg en de Pluimersdijk, tussen Zelhem en Halle. Halseweg / Pluimersdijk ter hoogte van Hillen, Hemink en Halfweg.
( Terwijl in de verte zoeklichtbundels de hemel aftasten, wist Burgess een rij bomen langs de weg te vermijden door optijd zijn daling met de koorden van zijn valscherm te corrigeren. Niettemin kwam hij ruw neer op de ongelijke grond en bezeerde zijn rechtervoet.
Toen de navigator opkrabbelde dook uit de duisternis een jongeman op, die hem behulpzaam was met het afdoen van zijn parachute en intussen in gebroken Engels beloofde hem uit handen van de Duitsers te blijven. De onbekende leidde de hinkende Burgess naar een boerderij aan de overkant van de weg waar hij was geland, kennelijk de ouderlijke woning van de jongen. Zijn ouders en zuster waren ook uit bed gekomen als gevolg van het loeiende luchtalarm. In de huiskamer werd de kachel opgestookt en begon de vrouw eten voor de plotselinge gast klaar te maken. Eigenlijk had Burgess helemaal geen trek en hij trachtte dit zijn vriendelijke gastvrouw met gebaren duidelijk te maken, maar om geen teleurstelling te verwekken zette hij zich toch maar aan de dis, die rijkelijk was voorzien van roggebrood, boter, ham en aardbeien. Na Burgess op een landkaart te hebben aangewezen waar hij was terechtgekomen, verdween de jongeman naar buiten om poolshoogte te nemen en keerde enige tijd later terug met weinig opwekkend nieuws. Tot in de wijde omgeving was het neerstorten van de bommenwerper bekend geworden, niet in de laatste plaats bij de bezettingsautoriteiten.
Om 1.43 uur had de luchtbeschermingsdienst luchtalarm gegeven na een telefonische melding over een brandend vliegtuig van de uitkijkpost in de toren van de Zelhemse kerk. De politie had inmiddels een van de bemanningsleden gearresteerd en een ander dood in een weiland aangetroffen. Een derde, die gewond was, werd behandeld door de plaatselijke arts in een nabijgelegen woning. De verontruste ouders toonden zich duidelijk bezorgd over de situatie waarin ze waren komen te verkeren, terwijl de zoon erop aandrong hun gast voor de vijand verborgen te houden. De navigator hakte de knoop tenslotte door, hij wilde voor niemand gevaar opleveren en gaf te kennen de familie, die hem voor altijd onbekend zou blijven, te willen verlaten. Opgelucht werd hem beloofd zijn vrouw in Engeland over zijn lot te zullen berichten.

DE DOOD VAN DE SKIPPER

F.W.Barry Mid Upper rugkoepelschutter                        De rugkoepelschutter positie (Mid-Upper ) van F.W. Barry


Burgess werd naar het huis gebracht waar zijn gewonde collega vertoefde. Het bleek Fred Barry, de rugschutter, te zijn, wiens schouder gelukkig niet ernstig was getroffen door enkele granaatsplinters, zo vertelde de dokter. Meteen verbond deze ook Burgess opgezwollen voet. De dokter wees de twee Britten op de zeer ernstige consequenties die het verborgen houden van Geallieerde piloten voor de burgerij inhield. En ze temden er dan ook mee in, zij het uiteraard verre van harte, dat ze zich in gevangenschap begaven. Burgess en Barry werden overgebracht naar het Zelhemse politiebureau, waar ze bommenrichter Watts, boordwerktuigkundige Mundy en staartschutter Buchan aantroffen. De Duitsers hadden hun intussen de dode laten identificeren, het was hun captain, Stanley George Howe. Hij was gevonden door de marechaussees J.Michelbrink en Frits. Duimelaar in een grasland nabij het huis van de familie Hemink aan de Halseweg. Zijn parachute vertoonde een flinke scheur. Een nadien uitgegeven medische verklaring hield het voor mogelijk dat Howe stierf door zuurstofgebrek toen hij op een hoogte van meer dan vijfduizend meter zijn sprong maakte. Later is nog bekend geworden dat de piloot leed aan een ernstige maagzweer, waarvan slechts enkele van zijn collega’s weet hadden. Hoewel hij hiervoor afgekeurd diende te worden, had Howe de medische officier over weten te halen hem in ieder geval zijn tour van dertig operationele vluchten te laten afmaken, wat dus gebeurde.

 hemink1

Het huis van Hemink aan de Halseweg 38 te Zelhem


AVONTUURLIJKHEDEN

Van het politiebureau werden de vijf gevangenen omstreeks half zeven die ochtend onder militaire bewaking naar de Ortskommandantur te Doetinchem gebracht. Ter medische verzorging van zijn gewonde hand werd Buchan doorgestuurd naar het Doetinchemse Algemene Ziekenhuis. Enkele uren later, tegen tienen, werd het laatste nog ontbrekende bemanningslid van de Halifax op de Kommandantur binnengebracht, Hector Jamieson. Deze was er in geslaagd zich voor de speurende Duitsers verborgen te houden in een korenveld schuin tegenover het huis van Derk.J. Overbeek aan de Halseweg 44. Deze Achterhoeker had de uit Nieuw-Zeeland afkomstige radiotelegrafist iets te eten gegeven en hem duidelijk trachten te maken dat hij in het korenveld moest blijven, totdat Overbeek hem ’s avonds in contact zou brengen met iemand die het Engels goed beheerste. Maar Jamieson, die het plan klaarblijkelijk niet had begrepen, verliet zijn schuilhoek en belandde na enige tijd bij de familie van Gerrit Teunter aan de Pluimersdijk 27. Ook daar werd hem eten aangeboden, dat hij echter vriendelijk afwees, hij bezat nog twee boterhammen en een flesje melk van Derk Overbeek. Gerrit haalde een in Halle ondergedoken Hagenaar in huis, die in staat was zich in goed Engels met Jamieson te onderhouden. Het ongewone gebeuren bij Teunter trok helaas de aandacht. Van de buurtgenoten, onder wie zich NSB, ers bevonden. Mogelijk waren deze er debet aan da er een overvalwagen opdook met twee Duitsers, die een einde maakten aan de vrijheid van Jamieson.

Jamieson

                                          Hector Jamieson, radio telegrafist en boordschutter.


Boordwerktuigkundige Mundy was in hetzelfde korenveld als Jamieson terechtgekomen, waar hij direct zijn parachute verstopte. Kruipend door de hoge halmen zijn weg zoekend had hij de pech in een modderkil met water te tuimelen. De kuil was wel drie meter diep zodat het hem de grootste moeite kostte eruit te komen. Toen hij smerig en nat eindelijk de rand van de akker bereikte, verstijfde hij van schrik. Een Duitser met het geweer in de aanslag stond hem op te wachten. Dichterbij gekomen realiseerde Mundy zich dat het slechts ging om het silhouet van een gebroken hekwerk. Niet lang daarna was het schrikbeeld toch realiteit geworden en had Mundy zich moeten overgeven. Na eten te hebben gekregen waren de Britten onder bewaking per autobus weggevoerd. Onderweg stopte de chauffeur bij het Doetinchemse ziekenhuis, waar een der bewakers binnenging om staartschutter George Buchan op te halen. Buchan bleek bij zijn plotselinge landing in een weiland een wit paard te hebben verschrikt, waardoor de eigenaar zo kwaad was geworden, dat de beduusde schutter beduchter voor hem was geweest dan voor de vijand die kort hierop verscheen. Rondom de bus had zich inmiddels een menigte nieuwsgierigen verzameld, welke door de Duitsers echter weinig zachtzinnig uiteen werd gedreven toen de gevangenen achter de ramen het V-teken maakten. De tocht werd voortgezet en via Arnhem bereikte de groep de Luftwaffe-basis Deelen, waar de arrestanten verder werden ondervraagd. Er werd officieel mededeling gedaan van de dood van Howe, waarop Burgess als plaatsvervangend commandant het verzoek deed de begrafenis te mogen bijwonen. Het werd hem geweigerd.

Burgerss 

                                                          Wilfred Burgerss.

Nog diezelfde avond transporteerde men het zestal naar het Luftgaukommando in het Amsterdamse Carlton hotel. Na de nacht in isoleercellen te hebben doorgebracht werden de mannen voor een zoveelste keer aan een verhoor onderworpen, waarbij de ondervragers pogingen in het werk stelden om meer te weten te komen over de speciale Pathfinder-missie en de vliegtuigapparatuur. Zij wisten kennelijk dat 35 squadron een zeer bijzondere eenheid was, aangeduid met de code TL, letters die ze hoogstwaarschijnlijk ook hadden aangetroffen op het parachuteharnas van de omgekomen Howe. Maar meer dan een naam, registratienummer en rang vernamen de Duitsers van hun gevangenen niet. Op Woensdag 16 Juni 1943, dezelfde dag dat Flight Lieutenant Stanley Howe in alle vroegte om zes uur, op de Algemene Begraafplaats te Zelhem door soldaten van het vliegveld Deelen met militaire eer ter aarde werd besteld, verdween zijn bemanning in Duitsland in krijgsgevangenschap.

SUCCESVOLLE MISSIE

Van de zestien toestellen die 35 Squadron naar Munster uitzond, keerden er vier vroegtijdig naar Graveley terug vanwege ijsvorming. Behalve de Halifax van Howe verloor het Squadron een tweede Halifax van P/O Herbert.Eenmaal boven Munster wisten de Pathfinders hun markeringen zeer nauwkeurig uit te voeren en ook het daarop volgende bombardement was succesvol. De gehele, raid, die Bomber Command in totaal vijf vliegtuigen kostte. Nam nog geen tien minuten in beslag. Zoals luchtfoto’s aantoonden, was er grote schade toegebracht aan spoorwegemplacementen en woonwijken. Volgend Duitse opgave vielen er 52 doden. Zoals al eerder werd vermeld was die Junidag Dusseldorf het andere grote doel, waarbij in totaal 783 bommenwerpers opereerden. Het was hier de eerste keer dat meer dan 2 Halifaxes ( waaronder 3 van 35 Squadron ) tegelijk aan een bombardement deelnamen. Het centrum van Dusseldorf was zeer ernstig getroffen, ondanks het feit dat een met Oboe-radar uitgeruste Mosquito zijn doelmarkeerders ruim 2 kilometer ten Noordoosten van de stad uitwierp, waardoor de projectielen van een deel van de vliegtuigen in open veld terechtkwamen. In ieder geval werd de industrie een zware slag toegebracht, ongeveer 100 verschillende fabrieken en militaire objecten werden geheel of gedeeltelijk uitgeschakeld. Bovendien werden 8 schepen tot zinken gebracht of beschadigd.

 

drinkfles klDrinkvles

Bijna 1300 mensen vonden de dood, terwijl Bomber Command 38 vliegtuigen kwijtraakte.

Alle zes de vliegers overleefden de oorlog, een van hun te weten Mundy, wist te ontsnappen uit krijgsgevangenschap en terug te keren naar Engeland, waar hij zich reeds gedurende de oorlog weer bij 35 Squadron voegde.
De andere vijf keerden na de Duitse capitulatie behouden terug.

BRON: VERMIST BOVEN DE ACHTERHOEK.

WIM EN PETER RHEBERGEN.