Meer informatie over deze schepen en hun  bemannig lees: 

https://www.troepentransportschip.nl/

schepen

Boissevain  

schepen

Fairsea  

schepen

General Hersey  

schepen

Georgic  

schepen

Groote Beer

Het SS Groote Beer was een passagiersschip dat als vergroot Victory troepentransportschip  met de naam SS Costa Rica Victory (VC2-S-AP3) werd gebouwd en een van de drie schepen die na de Tweede Wereldoorlog werd aangekocht door de Staat der Nederlanden van de US War Shipping Administration. Voor oorlogsomstandigheden was de romp versterkt en het schip was geschikt voor het vervoer van zo'n 1600 man. In tegenstelling tot de Liberty schepen konden alle accommodaties geventileerd en verwarmd worden.

Het schip werd korte tijd onder Amerikaanse vlag geëxploiteerd door de American Hawaiian Steamship Corp. uit New York, maar opgelegd en te koop gezet in 1946. De Staat kocht het schip in 1947, gaf het onder de naam Groote Beer in beheer bij de NASM (Holland-Amerika Lijn) te Rotterdam om het te kunnen inzetten als troepentransportschip voor het vervoer naar Nederlands-Indië en later naar Nieuw-Guinea.

Het schip maakte eerst drie reizen naar Australië.

In haar militaire functie verzorgde de Groote Beer in 1951 ook transporten van Molukse militairen en hun gezinnen naar Nederland.

Vanaf 2 november 1951 werd het schip omgebouwd tot emigrantenschip bij de Nederlandsche Dok en Scheepsbouw Maatschappij in Amsterdam. Het kreeg een extra dek, de brug werd bovenop gezet en naar voren verplaatst, de accommodaties werden geschikt gemaakt voor 831 passagiers. Achterop kwamen een sport- en een zonnedek. De tonnage ging naar 9.190 brt. In mei 1952 werd het schip opgeleverd. De eerste reis ging op 18 juni 1952 van Rotterdam - Halifax - New York. In augustus 1952 maakte ze de eerste reis van Rotterdam naar Quebec.

In 1961 werd het schip overgedragen aan Scheepvaartmij. Trans-Ocean te 's-Gravenhage, de exloitatie bleef bij de NASM. In dat jaar werden ook de accommodaties verbouwd tot luxe Tourist Class status om meer passagiers te trekken, omdat het aantal emigranten langzaam steeds verder terugliep. Het schip bleef reizen maken over de oceaan, naar Australië en Nieuw-Zeeland. In 1962 werd het schip samen met de Waterman gecharterd als accommodatie voor de Commonwealth Games in Fremantle (Perth), Australië. In april 1963 werd ook weer samen met de Waterman een bijzonder transport uitgevoerd. 10 april 1963 had  Feijenoord in het eigen stadion Benfica, de Europese kampioen van de twee voorgaande jaren, op 0-0 gehouden en de supporters gingen overzee naar de return in Lissabon. Feyenoord verloor die wedstrijd en werd uitgeschakeld.

In 1963 werden de schepen verkocht aan John Latsis, een Grieks familiebedrijf. Het schip kreeg de naam Marianna IV.

In 1966 werd het schip voor vier reizen gecharterd om met studenten in een uitwisselingsprogramma van Rotterdam naar New York te varen. Voor dat doel kreeg ze even haar oude naam Groote Beer terug en als agent trad weer de Holland-Amerika lijn op. Op 12 juli 1966, weer onder de naam Marianna IV, kreeg het schip een aanvaring met het baggerschip Pen Avon bij het eiland Wight, onderweg van Southampton naar New York. De reis werd afgelast en ze werd opgelegd in Piraeus. In 1971 werd ze gesloopt in Elefsina, Griekenland.

schepen

Johan de Witt  

schepen

Johan van Oldenbarnevelt  

schepen

Johan van Oldenbarnevelt  

schepen

Kota Baroe  

schepen

Kota Inten  

schepen

Nelly  

schepen

Nieuw Holland  

schepen

Nieuw Holland  

schepen

Pasteur  

schepen

Sibajak  

schepen

Sibajak  

schepen

Skaugum  

schepen

Tabinta  

schepen

Tabinta  

schepen

Tegelberg  

schepen

Tegelberg  

schepen

Volendam  

schepen

Waterman

Het SS Waterman was een passagiersschip dat als vergroot Victory troepentransportschip met de naam SS La Grande Victory (VC2-S-AP3) werd gebouwd. Het was een van de drie schepen die na de Tweede Wereldoorlog door de Staat der Nederlanden werd aangekocht van de US War Shipping Administration. Voor oorlogsomstandigheden was de romp versterkt en het schip was geschikt voor het vervoer van zo'n 1.600 man. In tegenstelling tot de Libertyschepen konden alle accommodaties geventileerd en verwarmd worden.

Het schip werd korte tijd onder Amerikaanse vlag geëxploiteerd door de Shepard Steamship Co., maar opgelegd en te koop gezet in 1946. De staat kocht het schip in 1947 en gaf het onder de naam Waterman in beheer bij de Koninklijke Rotterdamsche Lloyd om het te kunnen inzetten als troepentransportschip voor het vervoer naar Nederlands-Indië en later naar Nieuw-Guinea. Op de terugweg werden repatrianten vervoerd.

In 1951 werd het schip omgebouwd tot emigrantenschip bij de Nederlandsche Dok en Scheepsbouw Maatschappij in Amsterdam. Het kreeg een extra dek, de brug werd bovenop gezet en naar voren verplaatst, en de accommodaties werden geschikt gemaakt voor 831 passagiers. Achterop kwamen een sport- en een zonnedek. De tonnage ging van 7.606 naar 9.177 brt. In november 1951 werd het schip opgeleverd voor een eerste reis naar Australië.

In 1952 ging het beheer over naar de NASM (Holland-Amerika Lijn) te Rotterdam. Op 24 juli 1952 vertrok het schip voor een reis met emigranten naar Kaapstad en Walvisbaai, Unie van Zuid-Afrika, onder de vlag van de Holland-Afrika Lijn, en direct daarna voor een reis naar Halifax, Canada.

 

schepen

Willem Ruys  

schepen

Zuiderkruis  

schepen

Zuiderkruis

Het SS Zuiderkruis was een passagiersschip dat als vergroot Victory troepentransportschip met de naam Cranston Victory (VC2-S-AP3) werd gebouwd en een van de drie schepen die na de Tweede Wereldoorlog werd aangekocht door de Staat der Nederlanden van de US War Shipping Administration. Voor oorlogsomstandigheden was de romp versterkt en het schip was geschikt voor het vervoer van zo'n 1600 man. In tegenstelling tot de Liberty schepen konden alle accommodaties geventileerd en verwarmd worden.

Het schip werd korte tijd onder Amerikaanse vlag geëxploiteerd door de South Atlantic Steamship Co. uit Savannah, maar opgelegd en te koop gezet in 1946. De staat kocht het schip in 1947, gaf het onder de naam Zuiderkruis in beheer bij de Koninklijke Rotterdamsche Lloyd te Rotterdam om het te kunnen inzetten als troepentransportschip voor het vervoer naar Nederlands-Indië en later naar Nieuw-Guinea. In haar militaire functie verzorgde de Zuiderkruis ook een van de transporten van Molukse militairen en hun gezinnen naar Nederland.

In 1951 werd het schip omgebouwd tot emigrantenschip bij de Nederlandsche Dok en Scheepsbouw Maatschappij in Amsterdam. Het kreeg een extra dek, de brug werd bovenop gezet en naar voren verplaatst, de accommodaties werden geschikt gemaakt voor 841 passagiers. Achterop kwamen een sport- en een zonnedek. De tonnage ging naar 9.126 brt. In juni 1951 werd het schip opgeleverd.

In 1961 werd het schip overgedragen aan Scheepvaartmij. Trans-Ocean te 's-Gravenhage.

In 1962 werd het omgebouwd tot logementsschip voor de Koninklijke Marine in Den Helder, in september 1963 overgedragen en kreeg het pennantnummer A853.

Op 29 oktober 1969 werd het schip voor de sloop verkocht aan Intershitra, Rotterdam, maar doorverkocht aan een Spaanse scheepssloperij in Bilbao. Gesloopt vanaf 27 november 1969.

 

USAT General C. C. Ballou underway circa in 1949Generaal C.C. Ballou onderweg 1949. 
general c.c.ballou1

 Generaal C.C. Ballou P 157
usat general c ballou ship dramamine

    Generaal C.C. Ballou P 157